
Flickr.com
Het is vooral een goddelijk theater,
men laat zich graag met opium verdoven;
het toveren met brood en wijn en water,
het eeuwig leven na de dood beloven.
Belijdenis, profeten en mirakels,
de hoop, de liefde, offers en het zwaard,
de brandstapels, de bloedige spektakels.
De hele santenkraam. 't Is lezenswaard.
Maar kom niet aan met hemels en met hellen,
met maagden en met terroristendriften,
of met dat dwaze laatste oordeel vellen
op basis van die heilige geschriften.
Geef mij geen goden, maar de prosodie,
want mijn religie is de poëzie.