Ze vliegt de kamer rond
Zwaait met haar toverstaf
Glijdt van haar bezem af
Valt lachend op de grond
Betovert onze hond
-hij is nu een giraf-
Een punthoed op haar bol
Als toverheks gekleed
Nou ja een oude plaid
Ik zeg haar liefdevol
Dat zij als toverkol
Voortaan Sonnetta heet
En na het spelen moe
Dek ik haar –kusje- toe