Portret Peter B. van Houten


Dag middeleeuwse blinde Friese dichter
Die naadloos letters aan ons toevertrouwde
Waarin we onze eigen metaforen
Weerspiegeld zagen in zijn hanepoten

We keken naar het strikken van een das
Verdwaalden in de kunst van het verliezen
Zag oude schoenen van de dirigent
Verruilen voor een kiezel en een traan

Te weten dat ons brein dit zo vertraagt
Ontbijten in het hart van een orkaan
Gelukkig fruit: de schaal is niet van taal

Noch blindenstok, noch grillige muziek
Wie kijkt zichzelf voortdurend in de rug
De naam bestaat, deinst terug: Ben even weg

Log in

Gebruikersnaam en wachtwoord:

Zoeken

Forum Recent

Uit het archief

Uchtend (Fatras)



Ik ween om bloemen in de knop gebroken
en voor de uchtend van hun bloei vergaan.
Ik ween om bloemen in de knop gebroken,
daarnaast doet woede mij inwendig koken;
welk onderkruipsel heeft zoiets gedaan?
Zo’n teed’re knop laat zich eenvoudig kroken.
Daarnet heb ik mijn opzichter gesproken.
Die zag de dorpsjeugd vlieden langs de paên.
Ze leken voor hem op de vlucht te slaan.
Deez’ wandaad dient onmiddellijk gewroken.
Reeds span ik van mijn jachtgeweer de haan.
De vlegels zijn niet tijdig weggedoken
en voor de uchtend van hun bloei vergaan.