Door Godsgeloof en onderdanigheid
Was Kniertje tot het allerergst bereid
Wie geeft haar laatste kind nou aan de zee
Zelf had ze geen benul van klassenstrijd

Ze douwde hem nog zilver in z’n oren
Maar Barend wilde van geen zeereis horen
Hij wou niet met de Hoop van Zegen mee
De bangerd had zijn leven al verloren

De storm sloeg half de haven naar de donder
Het dorp bad stil en hoopte op een wonder
Een lijk spoelt aan: de vis wordt duur betaald
De Hoop van Zegen werd tot wrakke vlonder

De reder die zijn centen zat te tellen
Werd mens door met de waterschout te bellen
De vissersvloot ging naar de ratsmodee
Daar had het dorp nog heel wat mee te stellen

Wie geeft haar laatste kind nou aan de zee
Hij wou niet met de Hoop van Zegen mee
Een lijk spoelt aan: de vis wordt duur betaald
De vissersvloot ging naar de ratsmodee

Log in

Gebruikersnaam en wachtwoord:

Zoeken

Forum Recent

Uit het archief

Mechaniek



wat zouden wolken huilen van verdriet
om wat een mensenkind te dragen heeft
en wie het leven niets dan rampen geeft
hun medeleven krijgt hij zeker niet

ook vallen vlokken niet met enig doel
ze komen, reinheid scheppend zonder wil
verwoestend soms, emotieloos en kil
een sneeuwstorm kent geen hard of zacht gevoel

als storm het water stuwt tot hoge vloed
die ons berooft van have en van goed
dan heeft geen god dat tegen ons gericht

het is een mechaniek en heeft geen ziel
een tikje tegen het verkeerde wiel
en wég is al het oude evenwicht