Zo tussen de bedrijven door schiep God de Ranseluil
Die houdt zich in de Zwarte Wouden van Groot-Rusland schuil
Verborgen in zijn verenpak dat wat zijn ransel heet
Hij ranselt daarmee vrouwtjes, ach, het is maar dat u ’t weet.

Natuurlijk vraagt u zich nu af, ~wat heeft dat slaan voor zin~
Het draagt niet bij tot broederschap, laat staan tot zoete min
Maar laat ik uit de doeken doen, datgeen wat u niet wist
De Ranseluil in Rusland is een sadomasochist.

Maar ook zijn favoriete prooi laat zich niet onbetuigd
Zo noem ik hier de Pijpstaartuil ~zij klopt, zij veegt, zij zuigt~
En bindt pas in wanneer haar lief haar iets te stevig knijpt
Dan roept zij gauw ‘woehoe, woehoe’ zodat hij haar begrijpt.

Een bandeloos bestaan vindt zij maar zonde van haar tijd:
Zij wordt slechts zeer ongaarne van haar ketenen bevrijd

 

Log in

Gebruikersnaam en wachtwoord:

Zoeken

Forum Recent

Uit het archief

Nooit zal zijn nog nieuw begin (Bout-rimé)




Ik heb mij laatst bij Hang Kok Nin bevonden
Het eten was een soort van allerlei
Met smaken die ik nimmer zou doorgronden
En gure geuren kwamen naderbij

Het eten zag eruit als was’t eencellig
En wat het verder was bevreemdde mij
Het leek me zeer, maar dat niet al te stellig,
Op afval uit de meubeldraaierij

Men zei me dat ik mijn kritiek herhaalde
“ Ik hield niet van zijn soep, ook niet gebonden,”
Iets waar Hang Nin natuurlijk niet om maalde
Maar van die soep werd ik niet opgewonden

Men roemt het eten in de zaak van Hang Kok Nin
Mij viel ‘t niet mee, zei ik al in ‘t begin


Dit is een bout-rimé (gedicht met dezelfde rijmwoorden) op dit gedicht van Ditmar Bakker:

Lees meer...