Gebruikersnaam en wachtwoord:
't Was brimstig en de slijtse toofDroof gronk en glimpig in het zwampDe mimse bostels waren oofEn de maamrak uitte hamp'Zoon, hoedt u voor de Wobbelborg!De bijtekaak, de klauwengrijpOntwijk de flubberkauw, ontduikDe frumpse nekkenknijp'Hij nam zijn vorplend zwaard ter handLang zocht hij naar de zwuige bargHij rustte loom bij de tontoboomEn stond daar, vol van kwargEn, wijl hij daar verkwargend was,De wobbelborg, met ogenvlam,Kwam wif door het verstromd gewas En burfde toen het kwam.En een en twee, en om en heenHet vorplend zwaard ging snij en snoerHet beest ging dood en met zijn hoofdGlumpeerde hij retour 'En is de Wobbelborg passé?Ach strale jongen, knuf mij lang!O, zwateldag, kadoem kallee'Verdrogde hij, vol zwang't Was brimstig en de slijtse toofDroof gronk en glimpig in het wampDe mimse bostels waren oofEn de maamrak uitte hamp