Afbakvers 22 kende een trage start is daarna ook nooit echt van de grond gekomen. De les voor deze afbakverzenbakker is om voortaan het grappig zijn gewoon aan de afbakkers over te laten.
Gelukkig zijn er uiteindelijk toch nog een aantal zeer aardige baksels uit voort gekomen.
~~~~~
Rob beet uiteindelijk het spits af en dat deed hij met verve. Een ietwat exotisch rijmschema, maar wel een ontzettend leuk gedicht. Mooi verhaaltje met verwijzingen naar de actualiteit.
Roodkapje huppelt vrolijk door het bos
Geen tegenslag kan deze dag verpesten
Hij gooit zijn kapje af, zijn haren los
Geen acht slaat hij op afgekloven resten
Op aangevreten wild: een ree, een zwijn
Geeft dan uitbundig een hoe-oi! ten beste
De mare dat de wolf terug zou zijn?
Fake news van satanieke pedofielen!
Een elitair complot, bezweert z’n brein
De wolf zit hem intussen op de hielen
Zo’n hersenkronkel boeit hem voor geen zier
Begaafden smaken eender als debielen
Slechts een rood kapje rest als souvenir
De wolf is een bijzonder nuttig dier
~~~~~
Hendrikje maakt er een sonnet van en blijft dicht bij het oorspronkelijke verhaal van Roodkapje. Een gedicht met een moraal, mooi gedaan.
Roodkapje huppelt vrolijk door het bos
Geen tegenslag kan deze dag verpesten
Hij gooit het kapje af, zijn haren los
Imago ruilen lukt hem als de besten
Want zeg nou zelf, een wolf is toch geen vos
Die blij is met wat schrale kippenresten
Het grootje en het kleintje met de blos
Zij zijn het die zijn dorst naar vers bloed lesten
De oude dame was het eerst de klos
Een harde knauw en zij was buiten westen
Door haar te imiteren met haar dos
Kwam toen het sappig kleintje in de nesten
Daarna ging ook de houthakker eraan
Het rode kapje heeft zijn dienst gedaan
~~~~~
Wat ik vooral hoopte te bereiken met de gegeven afbakregels, is een grote verscheidenheid aan dichtvormen. En met deze drie eerste inzendingen lijkt dat toch te lukken.
Ben schrijft een elftal. Leuk, maar na zo'n cliffhanger wil ik natuurlijk de rest van het verhaal ook horen. Hij bedacht een originele reden voor het goede humeur van Roodkapje.
Roodkapje huppelt vrolijk door het bos
Geen tegenslag kan deze dag verpesten
Hij gooit zijn kapje af, zijn haren los
Zijn vriendje was hij kwijt ten langen leste
Die stalkte hem kapot de laatste tijd
Dus dat werd een knock-out en buiten westen
Nu is hij vrij en voelt nog lang geen spijt
Dan klimt hij op zijn wit gemaande ros
Alleen… hij is de weg een beetje kwijt
Zijn tocht voert langs het huisje van de heks
Zij wenkt hem sluw. En alles riekt naar seks…
~~~~~
Paul heeft als enige een titel aan het vers meegegeven; met dat soort details kunnen natuurlijk extra puntjes gesprokkeld worden. Wat me erg bevalt aan deze inzending, is het taalgebruik. Paul schrijft mooie zinnen.
In regel vier hoopte ik nog dat "Grietje" de echte naam van Roodkapje zou zijn, maar in de daarop volgende regels blijkt dat helaas niet het geval. Dat vind ik toch een beetje zonde.
ZONDE
Roodkapje huppelt vrolijk door het bos
Geen tegenslag kan deze dag verpesten
Hij gooit het kapje af, zijn haren los
Het grietje was geheel en al van slag
Het schreien stond haar nader dan het lachen
Zij wist in genen dele wat ze zag
Haar overviel een hartbrekend ervaren
Het steelse rendez-vous-tje met de wolf
Week voor een creatuur met wilde haren.
~~~~~
Paulus schetst een grappig beeld, van een bemodderd Roodkapje. Zo'n motorcross had ik van tevoren echt niet zien aankomen en geeft het verhaaltje een geestige wending. Dat was dan wat mij betreft ook een leuk einde van dit gedicht geweest, want de uiteindelijke clou van de grappende wolf vond ik minder geslaagd.
Roodkapje huppelt vrolijk door het bos
Geen tegenslag kan deze dag verpesten
Hij gooit het kapje af, zijn haren los
Ook zijn korset glijdt zachtkens op het mos
met al zijn lingerie, ten langen leste
zakt zelfs zijn zo betoverende blos
Maar plotseling is daar de motorcross
vlak langs hem heen, die route was het beste
O kluiten in de kloot, hij is de klos!
Daar staat hij nu in zijn bemodderd blootje
Maar lezertjes zo ging het sprookje niet:
ik ben de wolf, ik nam u in het ootje
~~~~~
Niels' Roodkapje kent geen gendergêne. Daar kan de wolf in dit versje over meepraten, het arme dier. Wat een grappig versje!
Roodkapje huppelt vrolijk door het bos
Geen tegenslag kan deze dag verpesten
Hij gooit het kapje af, zijn haren los
ontdoet zich van zijn veel te dikke vest en
hoopt vurig dat de wolf straks heel hard rent
wanneer hij onverveerd zijn potlood vent
~~~~~
De tweede inzending van Ben en weer een hele leuke. Het afdoen van het kapje heeft in dit gedicht een bizar gevolg en dat maakt het tot een melig geheel. Daar werkt "Heer Holle" zeker ook aan mee.
Roodkapje huppelt vrolijk door het bos
Geen tegenslag kan deze dag verpesten
Hij gooit het kapje af, zijn haren los
Een storm zwelt aan, het weer is bar en boos
Het jaagt en vlaagt, de wind giert uit het westen
Roodkapjes haar vernevelt bákken roos
De wolf ligt heerlijk in de sneeuw te rollen
Wie is RK? Sneeuwwitje of Heer Holle?
~~~~~
Mijn top-3 bestaat uit de inzending van Rob, die van Niels en de tweede van Ben. Ik vind ze alle drie erg grappig, maar de fantastische zin "Begaafden smaken eender als debielen" maakt dat het gedicht van Rob veruit mijn favoriet van deze ronde is.
Dus Rob, goed gedaan! Jij mag je gaan buigen over de volgende ronde.