Ik heb maar weinig stoofperen bereid
Die kunst heb ik helaas niet kunnen leren
Ik raakte zo al menig maaltje kwijt
En zit dan weer met de gebakken peren
Toen ochtenden nog veelbelovend waren Na afloop van een veel te korte nacht En afscheidskussen lang en zeldzaam zacht Stond jij me vaak minuten na te staren
Nu kijk je me slechts in gedachten na Wanneer ik ’s morgens vroeg de mist in ga