‘Kom maar binnen beste man, wees welkom hier
Er is plek genoeg nog op uw brede lijf
Waarmee zullen wij vandaag eens gaan beginnen
Wat te denken van een fris en fruitig wijf
Dat omringd wordt door een aantal vogelspinnen
Of dat enge doodshoofd of die clownstattoo
Schiet u zelf wellicht iets grappigs nog te binnen
Er is niets maar dan ook niets bij ons taboe
Zeer geliefd is thans de beet van een vampier
Huh? Wat noemt u daar als grootste favoriet
Nee, helaas, aan roze eenhoorns doen wij niet!’
Dit was mijn inzending voor de Willem Wilmink Dichtwedstrijd van dit jaar.
Vanwege de lastige a-metrische verplichte dichtregel “Wees welkom hier, er is plek genoeg”
besloot ik om die regel uiteindelijk in twee stukken te hakken en van het geheel een trocheeënvariant op het onzijn te maken.
Ik eindigde met dit vers op de vierde plek en ben daar ook content mee…..