Welkom,
Gasten
|
|
(Wikimedia Commons) NIEUWJAARSWENS Het nieuwe jaar begint met nog meer regen Ik zie de grijze paraplu’s op straat Ik weet het al, ik blijf vandaag maar binnen Het lijkt een bui die nooit meer overgaat Dat restje wijn verzet misschien mijn zinnen Daarna die oliebol maar als ontbijt Ik heb geen zin met wat ook te beginnen De oude vraag: hoe dood ik al mijn tijd Had ik maar langer in mijn bed gelegen Gelukkig zijn niet al mijn verzen waar Ook u wens ik een feestelijk Nieuwjaar |
Volg Bart Adjudant ook op YouTube
Alleen ingelogde leden kunnen reageren.
Bedankt door: Inge Boulonois, Remko Koplamp, Hendrikje de Koning, Wim Meyles, John de Rooy, René Turk, Wim Gabriels, Maarten van Petersen, JW Goedhart
|
Foto Henk Adema
In eigen tuin wil men geen buren zien,
dus wordt de schutting hoog gelijk een toren.
Wel is men zeer gespitst of men misschien
iets ruiken kan, of – liever nog – iets horen.
Een enkeling kan zijn nieuwsgierigheid
niet meer bedwingen, klimt naar ’t zolderraam, waar
hij heel soms in de hoogste zomertijd
een glimp opvangt van buurvrouws zonnend schaamhaar.
De reiger die zijn nek bespiedend buigt,
aanschouwt vanaf de nok het binnenleven.
De vrouw van nummer vijf wordt afgetuigd,
omdat zij slapen bleef op nummer zeven.
Het doet hem niets, want zijn verstilde ijver
geldt enkel gouden flitsen in de vijver.