Ik wil hier nog wel iets over zeggen. Het is niet allemaal zo zwart-wit volgens mij.
Het werkwoord ‘toespelen’ heeft weliswaar volgens het woordenboek de beklemtoning op de eerste lettergreep en is dus sec gezien een z.g. schrikkelwoord. Maar wanneer je met behulp van de zinsbouw er een sterk beklemtoond woord ervoor kunt zetten, zoals hier dus ‘Piet’ verschuift de klemtoon voor het overgrote deel naar 'Piet' en 'spelen'.
Ik heb hier ooit in het verleden, in een discussie bij het gedicht ‘Nacht’ van Niels Blomberg het volgende voorbeeld, afkomstig uit het Rijmhandboek van Jaap Bakker aangehaald.
Zie blz. 147 uit het hoofstukje rijmacrobatiek
Beneden karren raatlen, kranen kreunen,
Hier is het stil, terwijl alleen gitaren
Een oude fado traag en droef opdreunen,
En of karvelen weer de Taag opvaren.
[ J. Slauerhoff]
Met het commentaar van J.B. :
“Het woord ‘Taag’ trekt het accent naar zich toe, de lettergreep ‘op’ krijgt minder nadruk, en er ontstaat een keurig volrijm: gitáren / de Táág opváren. De voorlaatste regel verloopt volgens hetzelfde patroon, maar daar heeft de klemtoonverschuiving minder succes omdat het woord ‘droef’ te weinig nadruk heeft. Als er had gestaan ‘Bedroefd een oude melodie opdreunen’, dan was de truc wel gelukt”.
(Edit: Helaas werkt een directe link naar die bovengenoemde oude discussie niet meer).