Vandaag zal er een dichter overlijden
Zoals ook gister en de dag daarvoor
En morgen zal het vast niet anders zijn
Met ademloze woorden staakt het strijden
Slechts hoorbaar voor het goed geoefend oor
Getuige van de stilte binnenin
Onsterflijkheid is ook voor schrijvers schijn
Geen dichter kan zich van de tijd bevrijden
Al klinken zinnen soms nog eeuwen door
Dus al bepaal je metrum en refrein
En kies je woorden voor een fraai begin
Het slot is voor ons allemaal te groot
Nee, niemand kent het einde van de zin
Er is niets ongerijmder dan de dood