Maastricht

Maastricht, een mooie stad, daar moet je wezen.
Ze heeft de charme van het buitenland.
’t Is buiten nat, ik zit dan graag te lezen,
Een reisbeschrijving, liever dan de krant.

Gebrek aan steden hoef ik niet te vrezen:
Bij Polyglott ben ik een beste klant.
Maastricht, dat is een stad waar je wilt wezen,
Zo met die charme van het buitenland.

Eind februari ( 't is een hypothese),
Dan kan ik weg, mijn huis is goed aan kant.
Maastricht, daar zou ik heel graag willen wezen,
Het heeft de charme van het buitenland.

Ik heb wel op dit versje zitten pezen,
Gewoon de lol, het heeft niet veel gewicht.
Zo’n zuidelijke stad daar wil je wezen.
Ik ga er gauw naar toen, gauw naar Maastricht!
 
 

Log in

Gebruikersnaam en wachtwoord:

Zoeken

Forum Recent

Uit het archief

Utrechts sonnet

vogels
© CreativeCommons
 
 
Het najaar valt en wolken drommen samen
De vogels trekken naar het zuiden toe
Ik weet nog dat ze in de lente kwamen
En hoe de tijd vervloog, het maakt me moe
 
Ik weet nog dat ze in de lente kwamen
Vanuit het niets, ineens, geen mens wist hoe
Ze floten en ze krasten onze namen
En riepen op tot moord en amour fou
 
Ze floten en ze krasten onze namen
Het werd een drama en een hoop gedoe
Ik weet nog dat ze in de lente kwamen
En hoe de tijd vervloog, het maakt me moe
 
Gelukkig is er kaas en rode port
Ik eet en drink en zie wel wat het wordt.
 
 
Redacteur Jeroen van den Heuvel van de literaire website ooteoote.nl besprak dit sonnet uit onze jubileumbundel Er is light. (Dank, Jeroen!) Zijn bespreking is hier te lezen.