Pixabay
Ik ben niet meer de keizer van het bal
Maar kwetsbaar als de rest van de natuur
En daardoor onderhevig aan verval
Kreeg klachten, kwalen, pijntjes ook, in tal
Zoals tweezijdig staar, en dat was zuur
Ik werd een zwalkend stuurman zonder stuur
En ging al schrijvend door een peilloos dal
Geplaagd door een vervagend clair-obscur
Sloeg ik een haast dyslectisch rampfiguur
En was van koning Taalfout topvazal
Nu zou ik – bij mijn trifocale lenzen –
Een spelling-app in mijn geheugen wenzen