Ik ga er ’s avonds stiekem even kijken
De bedjes staan zo knusjes naast mekaar
Het kamertje is al sinds maanden klaar
Of ik dat ook ben, zal nog moeten blijken
Als ik hun buikhuis daarna in mag strijken
Voel ik zijn voetjes en de bibs van haar
Zij is een zeepaard, hij een tuimelaar
Zal één van hen een beetje op me lijken?
De angst die mij soms uit mijn dromen houdt
Is dat ik zometeen voor spek en bonen
Hooguit beschuiten smeer voor het bezoek
Die luiers, dat gaat vast en zeker fout
Gelukkig kan mijn vrouw al goed verschonen
Want ik doe het van spanning in mijn broek
Nummer 2 in de autobiografische sonnettenwedstrijd.
Het slome stadje waar ik ben geboren,
kent in de Molenweg zijn sloomste straat.
Zelf was ik ook vrij sloom, en inderdaad:
de Molenweg, daar leek ik thuis te horen.
Maar God had kleine Robbie aangepraat,
dat in de straat een kind was uitverkoren
om ooit tot 's lands elite te behoren.
Die wetenschap genas mijn spleen probaat.
De jaren kwamen en de goden gingen,
Maar God's belofte liet zich niet verdringen.
Toen kwam Hij terug en brak de laatste halm.
Het nieuwe kabinet was aangetreden.
Daar stond hij, één der prominentste leden:
die jongen van de buren, Gerrit Zalm.
Nummer drie in de Autobiografische sonnettenwedstrijd
als ik me ’s avonds laat verveel dan ga ik domweg zenders zappen
vaak zie ik dan zo’n oude man die echt wel komisch zit te rappen
gezeten op een rieten mat zingt hij zijn levenswijze verzen
een klankenreeks die hotst en botst weet hij er sappig uit te persen
en tussen strofen tokkelt hij de snaren van z’n instrument
je ziet dat hij ervaren is en alle grepen feilloos kent
soms haalt hij uit en rekt een klank waarvan ik voel dat hij wil vragen
of ik kan horen wat hij zingt om mij goedmoedig uit te dagen
met lange adem ratelt hij en gooit de dingen op een hoop
het kan niet anders of hij laat zijn fantasie de vrije loop
zijn liedjes tonen warme kleur bezorgen mij een goede nacht
voor hem zijn alle dagen mooi door klanken en akkoordenpracht
al kan ik dan geen woord verstaan zijn aanblik blijft me boeien
daar zit een levenskunstenaar die hoeft niet meer te groeien
Cambodja 2007. Opgenomen in: 'Op de ruïnes van een rijk', 2008
Kuisheidbevorderend?
Ebba van Coldingham
Sneed neus en lippen af
En bleef zo maagd
Nu nemen vrouwen een
hyaluronzuurprik
Oók geen gezicht
Als je mij eerlijk vraagt
Vandaag vieren wij de sterfdag van de heilige Ebba van Coldingham. (2 april 870). Ebba zou een abdis zijn geweest van het benedictinessenklooster Coldingham aan de Schotse kust ten oosten van Edinburgh en dat had in die tijd te lijden van de invasies der Noormannen. Omdat er verhalen de ronde deden over hun barbaarse plunderingen en verkrachtingen, zou Ebba besloten hebben haar maagdelijkheid veilig te stellen door zichzelf te verminken. Zij zou zichzelf neus en lippen afgesneden hebben. Haar medezusters raadde zij aan hetzelfde te doen. Uit teleurstelling, woede en walging zouden de Noormannen het klooster in brand hebben gestoken waarbij alle zusters omkwamen in de vlammen.(Bij een cosmetische lipvergroting wordt hyaluronzuur volgens een specifiek patroon in de lip geïnjecteerd.)
Natuurlijk ik weer, ik ben steeds de klos
De baas zei nu meteen en zonder dralen
Ik pak de sleutels van mijn sleutelbos
Ontsluit met vakmanschap mijn stalen ros
Waarna ik trappend door de straten cross
Ik moet een boodschap doen en mag niet falen
Al blijk ik na een poosje te verdwalen
Ik ben nu eenmaal niet zo'n slimme vos
Natuurlijk ik weer, ik ben steeds de klos
De dag zit toch al vol met noodsignalen
Mijn veter zat vandaag al dikwijls los
Mijn wiel dat draait, hoor ik herhaalde malen
Maar ik fiets verder zonder blik of blos:
Ik moet een ladder voor de plint gaan halen
Natuurlijk ik weer, ik ben steeds de klos
Biografie
Anna Boleyn (1507-1536)
Verliefd, verloofd,
gehuwd, onthoofd.

(Rondeau) Bij Openhuizendag
Nishida Kitaro (1870-1945)
Leegte
De dingen zijn niet echt zoals ze zijn
Want ieder zijn kent ook zijn tegendeel
Iets kan niet iets en ook nog niet-iets wezen
De oorsprong van die twee is: Eén Geheel
Nu wordt het even moeilijk moet ik vrezen:
Die Oorsprong kent de Tegenstelling niet
U moet het bovenste nog maar eens lezen
Voordat ik u nu mijn conclusie biedt:
De dingen zijn niet echt zoals ze zijn
In dit gedicht bestaat geen regel elf:
Het zelf zonder het zelf is echt het zelf
Nishida Kitaro verdiepte zich in de westerse filosofie en kwam, daardoor beïnvloed, weer uit bij de mystiek, daar 'logica alleen de tekortkomingen van logica aantoont.'
Gezien de tegenstellingen tussen lichaam en geest, zelf en de wereld (object en subject) moet er een oorspronkelijke zijnsbasis bestaan zonder dat onderscheid. De ultieme realiteit is de mu no basho, 'de plaats van het absolute niets, het zelf zonder het zelf.'
Dit basho is de afwezigheid van alles waarmee we ons ego-zelf definiëren.
Het heft de tegenstellingen, die aan ons bestaan ten grondslag liggen, op.
Deze tegenstellingen zijn de oorzaak van de constante verandering en beweging in het universum en alleen in het mu no basho in harmonie en daarmee daar niet bestaand.
De fysieke wereld van activiteiten drukt de innerlijke scheppingsdrang van het basho uit en alleen door volledig als een historisch persoon te leven, zal de kracht van het zelf als basho zich manifesteren: volledig engagement, zowel in de wereld als in meditatie, is een vereiste.
Mocht je dit boven de pet gaan dan is dat geen bezwaar, want alles wat hier staat bestaat toch niet.
Nichiren (1222-1282)
Vreedzaam? Me reet!
Wat nou! Natuurlijk ben ik een boeddhist!
Die ándere boeddhisten deugen niet
Die zou ik als ik kon het liefst verbieden!
Ons mooie vaderlandse grondgebied
Wordt door die landverraderlijke lieden
Geteisterd door de goden en gestraft
Opdat zoiets niet nóg eens zal geschieden
Wordt u door mij zo woedend afgeblaft:
De schande van Japan dient uitgewist!
Dus roept u nu godvruchtig als één man:
'Heil aan de Leider! Heil aan Groot-Japan!'
Strijdlustige, felle monnik die alle andere stromingen ketterij vond, die verboden moesten worden.
Natuurrampen en Mongolendreigingen wezen op de verlating van het ware pad. Heeft nu nog invloed door zijn nationalisme al was hij in zijn tijd niet succesvol en werd hij een paar keer verbannen.
Verlichting werd verkregen door het reciteren van de heilige formule 'Namu Myōhōrengekyō': 'Geloofd zij de Lotus van de Ware Wet', zelfs gestotterd of onderbroken.
(Ik hoop dat ik geen tikfout gemaakt heb want ik wil niemand het heil ontzeggen, maar misschien werkt het zelfs dan nog wel).
Dōgen (1200-1253)
Koan
'Een spiegel spiegelt alles wat hij ziet
Je raadt al waar de koan over gaat:
Een spiegel, spiegelt die zich in een spiegel?'
Kom op; je zoekt toch de verlichte staat?
Een antwoord graag; hou op met dat gepriegel
Dit is zazen, dus zit eens netjes stil
Het duurt wel lang - ik word een beetje kriegel
'Misschien?' Dat is niet wat ik horen wil
Ik merk het al, je weet het antwoord niet
Reik mij mijn stok, dan krijg je je pak slaag
Dan is het wel weer welletjes vandaag'
Dögen was de stichter van de Soto-zen, die geen plotselinge verlichting zocht, maar het geleidelijke pad via zazen (meditatieve zithoudingen) en koans (onoplosbare vragen om te leren dieper inzicht te krijgen: soms krijgt de leerling bij elk antwoord een afranseling, zelfs met stokken.
Beroemd is de koan 'Wat is het geluid van één klappende hand?
Een monnik vroeg aan Tung-Shan: 'Wat is de Boeddha?' waarop die antwoordde: 'Drie pond hennep.' Kijk; die jongen begreep het).
De koan ondergraaft de gewone manier van kijken en maakt zo de weg vrij voor het werkelijke bewustzijn volgens Rinzai-zen; maar volgens Dōgen wordt de werkelijkheid van wat dan ook bevestigd noch ontkend: het boeddhabewustzijn is niet het echte dat een andere als vals ontmaskert, maar het besef dat beide voorbijgaand zijn.
Dōgen combineerde innerlijke waakzaamheid met een constante aandacht voor wereldse zaken: hij verkondigde niet de leegte, maar de volheid.
Een leek kan de noodzaak van de meditatie niet ontkennen, een monnik kan de wereld niet ontkennen.
Eisai (1141-1215)
Practiserend lid
Religie heeft niet echt veel om het lijf
En ach, je komt nog eens in de natuur
Maar verder gaat het toch wel gauw vervelen
Ik schik wat bloemen in een vaas, borduur
Ga daarna met mijn bonsaiboompjes spelen
En schrijf wat mooie letters op papier
Ik zal het maar niet langer meer verhelen:
Soms word ik sikkeneurig van die Zen
Je lijkt soms godverdomme net een wijf
Misschien bereik ik er verlichting mee
Maar altijd weer die vreselijke thee!
Eisai werd geïnspireerd door de Chinese Zuidelijke School.
Richtte het Reine Landboeddhisme zich op bemiddeling van Amida-Boeddha, het Rinzai-zenboeddhisme van Eisai benadrukt de menselijke vermogens, met een voorliefde voor het gewone, waarbij wereldlijke activiteiten als theedrinken gesacraliseerd werden en tot ceremonie verheven.
Zo zijn zenactiviteiten als boogschieten, bloemschikken, tuinieren, kalligrafie, boompjes martelen en theedrinken uit sierlijke porseleinen kopjes een vorm van meditatie en een typisch onderdeel van de Japanse cultuur geworden.
Honen (1113-1212)
Heilige Drie-eenheid
Ach jongens toch, doe nou maar heel gewoon
Dat moeilijke, dat hoeft van Boeddha niet
Gewoon drie woorden even hardop zeggen
Dat zweverig gedoe zegt hem geen biet
Niks diepdoordacht naar Zin en Waarheid dreggen:
Drie woordjes leer je simpel uit je hoofd
Die godsdienst is ook simpel uit te leggen
Je zegt 'Amida-Boeddha zij geloofd'
Of mompelt het op een verveelde toon
Dat is dus voor het Heil de hele Weg
Alleen wanneer je stom bent heb je pech
(Met het stuk van Paul Ilegems gisteren is ongemerkt de Japanse week ingeluid van Het vrije vers, als klein blijk van solidariteit met dit zwaar getroffen land.Stuur je gedichten met Japan als onderwerp op naar het forum)
Honen stichtte de 'School van het Reine Land'
De Amida-Boeddha , de tot god getranscendeerde Boeddha, zou beloofd hebben dat ieder die zijn naam zou zeggen het Reine Land (een soort hemel waar je je kon volmaken tot de boeddha-natuur bereikt was) zou binnengaan.
Deze 'makkelijke Weg' contrasteert nogal met de moeizame inspanningen van andere stromingen en is gebaseerd op geloof, niet op verdienste of menselijke deugd en toont zo trekjes van calvinisme.
Ja, ook als Goth ben jij mijn lieveling
En om je outfit zal ik heus niet malen:
Je navelpiercing en je doodshoofdring
Of je te strakke topje, prikkelding
Dat cool bestikt is met kristallen kralen
Nee, schat, op jou zal ik beslist niet smalen
Noch op je witte black light neonstring
Die jou op party’s als een Queen laat stralen
Of op je ringenhes van glimmetalen
Je glitterpumps, je bijna über-swing
Ik kom zelfs ’s nachts voor jouw geluk in actie
En speel als brave pa voor weekendtaxi
Uit: Eeuwig rijzen, verschijnt 25 maart bij uitgeverij de Contrabas, Utrecht-Leeuwarden
Wat nu? Twee jaar alweer?
Is dat een feestje waard?
Nou ja, heel even dan:
Holadijee!
't Is wel wat kort voor een
Biografieschrijver
Dus voor de boekenweek
Telt het niet mee
De zon komt 's morgens op, gaat 's avonds onder
En brengt ons tussentijds haar warme licht
Ze stemt daarmee een ruim publiek tevreden
Het antwoord op een vraag van lang geleden
- Waar blijft ze na haar dagelijkse plicht -
Bracht pas in amishkringen veel gedonder
Dus zou professor Sung, het is geen wonder
- Als bijbels astronoom een zwaargewicht -
Aan deze kwestie veldwerk gaan besteden
Hij volgde haar voorbij de kim, maar heden
Verscheen zijn niet-bevestigd doodsbericht
Dat maakt zijn laatste boodschap zo bijzonder
.. .-. / --.. .- .-.. / -.. . / .-- . .-. . .-.. -../
-... .. -. -. . -. -.- --- .-. - / -... . .-- -.-- --.. . -./
. .-. / .. ... / --. . . -. / --- -. -.. . .-. --. .- .- -. /
... .-.. . -.-. .... - ... / . . ..- .-- .. --. /
.-. -.-- --.. . -. //
De vertaling van deze morsetekst luidt:
Ik zal de wereld binnenkort bewijzen:
Er is geen ondergaan, slechts eeuwig rijzen
De laatst twee woorden ‘Eeuwig rijzen’ hebben de titel opgeleverd voor de bundel waarin Arlelanc, vernoemd naar een camping in de Ardèche waar het gedicht is ontstaan, is opgenomen. Uit: Eeuwig rijzen, verschijnt 25 maart bij uitgeverij de Contrabas, Utrecht-Leeuwarden
Lang leev’ hetvrijevers
Tjonge twee jaar alweer
Wat gaat de tijd toch
Onnoemelijk ras
Hierbij een goed bedoeld
Felicitatievers
Allen gelukgewenst
Groeten van Bas
Wat een leuk dreumesje
Gaaf zeg, twee lentes al
Hier is de taart, zet de
Kaarsjes maar klaar
Er wordt gebeld door de
Felicitatiedienst:
Datteme groeie het
Volgende jaar
Hang alle vlaggen uit!
Schrijf een verlichtend lied!
Wees bij Het Vrije Vers
Welkom als gast
Denkt u dan wel aan uw
Certificeringsplicht?
Doe aan de vrijheid maar
Blijf wel vormvast!
Vers is het substantief
Vrije de toevoeging
Ja, deze site blijkt
Het aardig te doen
Tientallen vormen op
Assortimentenlijst
Én heel veel dichters
Van rijp tot nog groen