In memoriam Teddy Scholten

Een niet bepaald aantrekkelijk ideetje
Dat ons vervult met wanhoop en met smart,
Ons somber maakt, onzeker of verward
De een heel veel, de ander slechts een beetje:

Ooit slaakt een mens zijn allerlaatste kreetje
En stroomt het laatste bloed weg uit zijn hart.
De weg voert naar het eind vanaf de start
Want dood gaat iedereen een keer, dat weet je.

Zo sta je opgewekt een lied te zingen
En weet wat jij met zoete stem beweert
Van Frankrijk uit tot velen door te dringen.

Zo ben je drieëntachtig en verweerd,
Zijn lied en prijs nog slechts herinneringen.
Zo word je op een maandag gecremeerd.

Ik kijk naar ‘De politie op je hielen’
Een snelle show vol explosief geweld
Waar alles draait om rammen en vernielen
Gestoorden achtervolgen er debielen
Met kogelregens, vuur en grof gescheld

En tussendoor is er de superheld
Hij reed de woeste gangster in de wielen
En die zat na zijn carcrash zwaar bekneld
Ook wordt terloops nog eventjes gemeld
Dat er maar zeventien gewonden vielen

De States zijn weer verlost van een bandiet:
Hij had geen rijbewijs, wel twee gram wiet


Uit: Zap, uitgeverij De Contrabas

Metamorfosekaart:
Onschuld, betovering!
Zó had de wereld
Altijd moeten zijn

En deze voorstelling
Perfectionerende:
Canada kaasland
En Mexico wijn


Als de kanker al je darmen heeft verwoest
En je enkel kunt ontlasten door je mond
Ja, je proeft de poep wanneer je zucht en hoest
En je sterven wordt straks; stikken in je stront

Loof de Heer dan die aan alles leven geeft
En het enkel op Zijn tijd daarna weer neemt
Of bedank Hem toch in elk geval beleefd:
Vind u dit idee misschien wat wereldvreemd?

Dit is wat er star en strak zit vastgeroest
In de kop van die verwarde christenhond
Die zo schichtig voor zijn griezelgodje beeft
En die bangelijk zijn dankgebeden teemt

Door zijn gedram zijn wij straks nog eens vet de klos:
Verruim de wet en aborteer Bert Dorenbos!

Steeds nieuwe gissingen!
Zou zij de schilder zijn?
Vrouwelijk Christusbeeld?
Homo? Naar wens!

Nu blijkt wat loos met haar
Cholesterolspiegel -
Altijd weer
Is er wat mis met dat mens


Lezen is moeilijk, hoor!
Eerst doen we lettertjes:
“A is het aapje
Dat eet uit zijn poot”

 Hoe luidt stap twee voor de
Onletterkundige?
“B is de bakker
Die bakt voor ons brood”


Christus is opgestaan!
Paus spreekt de zegen uit.
Bloemen uit Nederland
sieren het plein.

Niets over misbruik en
pedofilieschandaal,
dus niet de Zoon overwint
maar de schijn.

Ik wil, zei Jezus, echt niet overdrijven
maar toch, zo’n kruis, dat voel je aan den lijve.
Nu ja, het heeft een doel: in zestien zoveel
zal Bach er leuke stukjes over schrijven.

'Wat naar; Ik heb Mijn handen net niet vrij
En daar begint dat jeukende gespuis:
Legionair', zei Jezus, 'zou je Mij
Eens stevig willen krabben in Mijn kruis?'
“Dit is het nieuwste hier”
(wijst op een speelgoedje)
“Mannetje-vrouwtje voor
op het dressoir.” 

(drukt op een knop) “Door de
radiografische
aandrijving doet hij het
uren met haar!” 

*

“Toe, niet zo preuts, meneer.
Is u een mietje soms?
Zeg dat dan.”
(zucht, plukt een
pluis weg en blaast) 

(dan:) “Wat? De Elzeviers
Filatelistengids?
Sorry, maar dat is 
de winkel hiernaast!” 



Doek valt onmiddellijk
alle verlichting uit;
onze Jeroen zegt
tevreden: ‘Ziezo’ 

En in de zaal roept een
applaudisserende
massa minutenlang:
‘Bis!’ en ‘Bravo!’
   

***
Goddelijk masterplan
Echt de beroerdste niet
Jezus, dacht Christus
Het kruis valt wel mee

Zeker, de houding is
Keiongemakkelijk
Maar het concept
Is een wereldidee

Ik weet niet wat ik weten moet
Of wat er wél en niet toe doet
Van wat men mij ooit onderwees
Van al wat ik nu zie en lees
En al wat overal geschiedt:
Ik weet het niet!

Ik weet niet wat ik weten moet,
Wat slecht en fout is en wat goed
En wat er door de beugel kan
Van wat ik doe of wat ik plan,
Of waar 'k mij toe verleiden liet:
Ik weet het niet!

Ik weet niet wat ik weten moet
En of mijn wetenschap voldoet
Om in te zijn en up to date,
Om niet als een analfabeet
Voor schut te staan op elk gebied:
Ik weet het niet!

Ik weet niet wat ik weten moet
En wat ik niet vergeten moet,
Wat gistren juist was is nu slecht
En wat eens waar was wordt weerlegd,
Mijn hersenpan is een vergiet:
Ik weet het niet!

*

“Hier dan: een opblaaspop.
”(wringt zich een ongeluk)
“Zie hoe mijn arm er
geheel in verdwijnt. 

Ach meneer, zelfs op uw
zevenentachtigste
krijgt u hem hiermee”
(oog dicht) “overeind!” 

*

 (handen afwerend nu)
“Schaamt u zich niet meneer
laat die excuses!”
(strijktwuft door zijn haar) 

“Zijn we niet allebei
Adamgelijkenden?
Heren met lusten zo
onder elkaar?” 



“Goed dan, een zweepje soms?”
(grijnst) “Krokodillenleer!
Voelt u wat voor een
vibrator of zo?” 

(pakt een pakketje) “Een
schaamvochtbestendige
set batterijen krijgt
u dan cadeau.” 

(wordt vervolgd)



“Neem die blondine hier!”
(knipoog) “Geen schoolkind meer.
Zeldzaam wat die ons aan
schaamwaren biedt. 

Kijk toch meneer wat een
uitvouwenswaardige
dame men hier in het
blad heeft geniet.”

 *

(vragend) “Te openlijk?
Ja hoor, dat snap ik wel.
U slaat van wat men juist
weglaat op hol.” 

(minzaam) “U geilt op het
speculatievere?
Oh, maar daar heb ik een
kastje van vol.” 



“Liever geen plaatjesboek?”
(lachend) “Een doenertje!
Ha maar dan heb ik voor
u iets aparts. 

Ruikt u maar eens aan dit
ejaculeerzalfje;
goedgekeurd door een
deskundige arts.” 

* (rolt een kapotje uit)
“Rubber met ribbeltjes
dat bij herhaald gebruik
toch nog niet lekt. 

Zelfs het hardnekkigste
episcopatenzaad
wordt er meteen mee tot
leven gewekt.”

(wordtvervolgd) 

LEVE DE MIDDENSTAND!
- olijke eenacter

draait in het wereldberoemde
      CARRÉ 

Hoofdrol: de zeker nog
wereldberoemdere
filmcrack JEROEN (van james Bond dus)
      KRABBÉ 



Kijk, zo begint het dus:
blik in een winkelpand;
eigenaar, klant die wat schraapt
met de keel

verder wat nauwelijks
definieerbare
voorwerpen liggend in
bloedrood fluweel 



Eigenaar: “Leuk hier, hè?
kijkt u maar rond, meneer.
Ja mijn collectie is
schier onbegrensd –  

Ik zie meteen aan uw
jongemenerenblik
wat u” (een kennerslach)
“eigenlijk wenst.” 

*

 “Tut tut, niet sputteren
kijkt u dit blad eens in
alles…” (hij toont het hem)
“helemaal bloot. 

Zie hoe die wilde zijn
viriliteitssymbool
Indat onschuldige
dorpsmeisje stoot.”

(wordt vervolgd)

Een aap wou niet meer wonen in de bomen,
hij wou het liefst op eigen benen staan.
Hij zocht zijn heil voorbij de oerwoudzomen,
hij hoedde vee, verbouwde gras en graan,
kreeg onderdak en water uit de kraan.
Maar nu het oerwoud haast is weggebranderd
verlangt hij stiekem terug naar zijn liaan.
Er is zoveel gebeurd, maar niets veranderd.

Te voet zijn wij haast overal gekomen
al is dat dan niet altijd snel gegaan.
Nu reizen we in ingeblikte stromen,
we leven altijd in de linkerbaan,
we rennen, racen, vliegen naar de maan.
Al lijkt zo’n hoge snelheid dan ook standerd,
de ziel komt altijd dagen later aan.
Er is zoveel gebeurd, maar niets veranderd.

De minstreel roemt het meisje van zijn dromen
haar blanke huid, heur haar als puur saffraan.
Moderne mensen lijken meer te schromen:
gevoelens uit men niet als een vulkaan,
geen sehnsucht meer, heel soms een liefdestraan.
Er wordt nog wel begeistert rumgewandert
door minneparen langs de Liefdeslaan.
Er is zoveel gebeurd, maar niets veranderd.

O Vader Tijd, u loopt rechttoe rechtaan
waar onze mensengeest het liefst meandert.
Laat u niet leiden door der dagen waan!
Er is zoveel gebeurd, maar niets veranderd.


Met deze ballade won onze trouwe bezoeker en medewerker ondanks de tweede prijs bij de Willem Wilminkprijs te Almelo. Zie een sfeerinpressie en shots van de celebs in het filmpje

'Kniel knaap! En kus dit kruis!'
Baardloze jongeren
Werden met mantels der liefde
Bedekt

Onder zo'n donkere
Salesianenpij
Was de ontvangst echter
Niet onbevlekt

Een paard dat moe van paardenwerk
Zich eens wat wou verzetten dacht:
Ik ga de paardenbloemetjes
Eens duchtig buitenzetten!

Het ging een paardendancing binnen,
Koos fluks een aardig merriejong
En greep het bij haar paardenmiddel
En danste menig paardensprong.

En toen dat paard, vermoeid van 't dansen
Tevreden aan de tapkast hing
Dronk het wel twintig glazen Horse-ale
Tot het zowaar aan 't lallen ging

Het zong z'n oude lievelingswijsje:
"Daar bij die paardenmolen",
Waarna het hinnikte en zeurde:
"Wie heeft mijn lief gestolen?"

Doch daar zijn liefje was verdwenen
En zijn stabiliteit meteen
Besloot het zonder te betalen
Naar stal te keren, en ging heen.

Maar toen de barhengst protesteerde,
Sloeg het met zeven paardenkracht
Zijn paardenvoet op een der tafels
En brieste tamelijk onzacht:

'Ik vraag mij waarlijk met verbazing
Waar u zulke onzin haalt,
Is het ooit al voorgekomen
Dat een paard zijn drank betaalt?"

De een verbeeldt een kapstok op toneel.
De ander smeert faecaliën op lappen
of noemt een vingerwijzing 'stil ballet'.
Het gaat om kunst dus alle mensen klappen.

Pas op, kijk uit, want kunst is er zo veel
dat er geen zuigeling aan kan ontsnappen
en ook niet aan de ongeschreven wet:
wij maken kunst, publiek, dus gij zult klappen!
 
Maar wie schrijft desgewenst nog een rondeel?
Wie is er op een copla te betrappen
of op een balladette, een sonnet?
Wie dwingt me daarmee tot geestdriftig klappen?
 
Ik las zijn werk opnieuw en kijk nu scheel,
mijn pols doet zeer, mijn schouder is ontzet:
ja Drs. P - dan blijf je klappen.


Lang geleden, toen Drs. P de Blijvend Applaus-prijs ontving, schreef Wilbert Friederichs dit gedicht.
de staatsgreep is mislukt, de jeugd gaat af
geboeid door onverschrokken oude helden
die het zo lang (te lang!) moesten ontgelden
de oproerkraaiers wacht een zware straf

ze groeven door de coup hun eigen graf
en ploeteren nu als tewerkgestelden
hoor het gejuich der nutteloos gekwelden
het trotse koren is ontdaan van kaf

de jonkies moeten voor het ergste vrezen
de toorn van God, de beul, een volksgericht
maar erger nog dan werkstraf of gesticht
onthul ik nu al huiverend bij dezen

ze zullen alle dagen moeten lezen
uit werken van de dichter Daan de Ligt

Log in

Gebruikersnaam en wachtwoord:

Zoeken

Forum Recent

Uit het archief

Pinguïn

Zijn passie voor de zee leek wat bekoeld.
Hij zag waar hij ook keek de woeste baren,
en werd na ongeveer drie dagen varen
uit dierenliefde overboord gespoeld.

Vanaf het dek hebben ze nog staan zwaaien,
maar toen was Happy Feet al naar de haaien.