Het zit erop. We zijn z’n volk ontvlucht!
Nu na een week de stress is afgenomen
En ik een beetje tot mezelf kan komen
Denk ik: Waaraan verdiende ik die klucht? 

Nooit leed een bruiloft onder zo’n kwaad omen:
Twee ouders in de illegaliteit!
En dat wat fout kon gaan ging fout. Geheid!
Een rampdag voor m’n jonge-bruidjes-dromen

Het kondigde zich aan, voor het ontbijt,
Toen ik – niet eens gekapt – al mee moest zoeken
Zo leer je dan hoe koninginnen vloeken
want Alex’ moeder was haar haarlak kwijt

Gelukkig werd het literblik gevonden
Zodat we toch die Gouden Koets in konden  
De winterkoude is alweer voorbij;
we kunnen ons wat luchtiger gaan kleden.
De aarde wordt van witte smetten vrij
en ongeschikt voor schaatsen en voor sleden.
Wij zijn wat te veelvuldig uitgegleden,
minister, wijkagent en lichtekooi.
Maar dat behoort nu echt tot het verleden,
nu zijn we heel gelukkig met de dooi.

Aanvankelijk is iedereen nog blij:
zo’n witte kerst stemt heel het land tevreden.
De witte schapen in de dito wei
en met je slee de dijk af naar beneden.
Nee, voor gemopper is er echt geen reden;
het uitzicht is dan ook betoverend mooi.
Al werd dat winterwonderland aanbeden,
toch zijn we heel gelukkig met de dooi.

Ik zet voor u de feiten op een rij.
Een ieder praat van schaatsen langs elf steden.
Helaas is al het ijs bevroren brij
en dient het voor de veiligheid vermeden.
Ook moet het thema strooizout aangesneden:
het houdt de gladheid weg, maar geeft zo’n zooi.
Zo zijn er nog wat ongemakkelijkheden,
dus zijn we heel gelukkig met de dooi.

O Prins, die Koning Winter heeft bestreden,
gij overwinnaar van het ijstoernooi.
Wanneer we nog één sneeuwbal mogen kneden,
dan zijn we heel gelukkig met de dooi.

Wat: tachtig jaar alweer?
Dat kan niet waar wezen!
EEG, EMG en
ECG

Zeggen met duidelijk
Fysiologische
Helderheid dit:
U bent niet rechtdoorzee!

(Vandaag is het precies 75 jaar geleden dat Leonard Keeler in Wisconsin voor het eerst de leugendetector gebruikte.)

Koninklijk normbesef
Blaaskaak en sjoemelaar
Lockheedtransactie
Bracht Bernhard zwart geld

Enkel wie lijdt aan een
Naïviteitssyndroom
Ziet deze prins
Nog als nobele held
Dertig jaar majesteit!
Koningin Beatrix.
Zij die geluk brengt
is fenomenaal.

Republikeinen en
vorstenhuisminnenden
jubelen eensgezind
en maximaal!

voor hoeden ben ik altijd op mijn hoede
de hoed,  symbool van rijkdom en van macht
ontpopt zich vaak met  veel verbeeldingskracht
als een gezworen vijand van het goede

de  draagster is bij voorbaat al verdacht
ik hoor de woorden die ik reeds  bevroedde
orakeltaal van koninklijken bloede
het onheil dat een ander heeft bedacht

de klaagzang van het ganse kabinet
bezorgt mij  rimpels, hoofdpijn, grijze haren
er wachten ijzig koude tropen jaren
ik doe ontstemd een dronkenmansgebed

ik wil mijn lijfspreuk aan u openbaren:
de boodschap van een hoed is meestal pet

Gehuld in grijze vormeloze jas
een mottig vosje om de hals geslagen:
een schim, een dame in haar laatste dagen
schrijdt langs ons heen met Koninklijke pas

De Duitse boef met wie z’in oorlog was;
het liefst had zij hem hard terug geslagen
de vlucht naar Londen kon zij niet verdragen
haar stem klonk overzees als helder glas

de eerste vent in Neerlands kabinet
- tenminste als je Churchill mag geloven -
de hoeksteen onder Bea, Juul en Lex

reeds zestig jaar symbool van het verzet
voor haar zing ik voluit “Oranje boven”
de eerste echte Willem zonder sex

Hij houdt  als IOC- lid veel van sport
en blijft bekend bij  elke hockeydame
die rijp was voor een ziekenhuisopname
toen hij zich juichend op haar had gestort.

Hij werd, door het paleisvolk  gesupport,
van  jonge vent,  geschikt voor bierreclame,
veranderd in een ernstig  monogame
Oranje die ooit vierde Willem wordt.

Om hem (een beetje dom) wat  bij te staan
heeft men een mooie wereldvrouw gevonden
afkomstig uit een Argentijns gezin.

Dus  als hij doet wat opa heeft gedaan
en  neukt in buitenechtelijke sponden
verdwijnt hij stil en wordt zij koningin.

Mohammed was wellicht een pedofiel
Maar Hendrik kon er anders ook wat van
Mohammed wist nog téder te beminnen

Maar Hendrik trok geheel zijn eigen plan
Verzette hij zijn koninklijke zinnen
Dan ging hij als een jaknikker tekeer

Hij kwam gewoonlijk zonder kloppen binnen
En daardoor klopte vaak zijn jongeheer
Waardoor zijn vrouw maar matigjes beviel 

En was hij weer een keertje afgedropen
Dan kon Van ‘t Sant de boel weer af gaan kopen 

 



 De gemaal van de haaibaai Wilhelmina had het niet gemakkelijk met haar en zocht zijn vertier dan ook meestal buitenshuis.Zijn beschermheerschap van de Padvinderij werd hem ontnomen, wat sneu voor hem was, want hij werd kort gehouden en een heitje voor een karweitje was een buitenkansje voor hem. Hij was niet eenkennig, want behalve van jongetjes hield hij ook erg veel van vrouwen, waarvan hij er verschillende bevruchtte. Wilhelmina had een speciale adjudant in dienst, de politiecommissaris Van ‘t Sant, die de dames af moest kopen en schandalen moest voorkomen. De syfillis die Zijne Hoogheid bij dit alles opliep was ook niet bevorderlijk voor zijn eigenlijke taak: het bevruchten van de moeder van de kolonie.
Het is een wonder dat Juliana geboren is, maar het is geen wonder dat dat ze zich gedroeg zoals ze zich gedroeg. Kwikbehandelingen zijn slecht voor de vrucht.

(Uit De Canon van Nederland)

Aanvankelijk getergd door die verrekte
beperking van de koninklijke macht,
ging hij voor Venus, Bacchus en de jacht.
Door Russisch bloed was hij geneigd tot gekte.

Hoewel hij menig bastaardjong verwekte,
werd lang op bruikbaar nageslacht gewacht,
maar op de valreep leek het toch volbracht.
Of was het De Ranitz die Emma dekte?

Het blijft toch een merkwaardig fenomeen,
dat waar een fokstier middels DNA
zijn afkomst overtuigend moet bewijzen,

zo’n meisje van Oranje maar meteen,
ondanks haar door de sief steriele pa,
vorstin wordt en mag huizen in paleizen.

Hij leeft nog voort in grondwet en sigaren
en was hier negen jaar de majesteit.
Hij zag zichzelf als speerpunt van beleid.
Zijn spilzucht zou heel Nederland bezwaren.

Ook zou hij zijn Oranjelans niet sparen.
Hij was waarin hij lust zag toegewijd,
vond voor- en achterkant van man en meid
in zijn erotisch intensieve jaren.

’t Liep mis toen hij betaalde liefde zocht
bij het door hem vereerde hoerendom.
Hij raakte na bordeelbezoek chantabel.

Nadat hij toen het zwijgen had gekocht,
betaalde hij een ruime afkoopsom
en was bij overlijden insolvabel.

ze spreekt tot ons, een ouderwetse tante
geplooid gelaat en stijf bevroren haar
haar taalgebruik oubollig (zeg maar raar)
een grijze schooljuf … strenge gouvernante

haar oudste zoon schiet bokken en fazanten
Prins Carnaval, een knullig exemplaar
“hij is een beetje dom, een beetje maar”
aldus  zijn trouwe, blonde secondante

dan zegt de vleesgeworden zoutpilaar
(geknakte blik … perfecte simulante):
“het internet heeft ook zijn schaduwkanten
we praten veel, maar niet meer met elkaar”

dag opoe in je laatste crisisjaar
geraniums zijn vorstelijke planten

Pornografische tearjerker in drie sonnetten 

III Afloop 

De Kroonprins groet het Vaandel. Zie hem staan,
Een frisgewassen militaire held
Met eretekens op de borst gespeld.
Oranjeliefde borrelt op, spontaan. 

Ik ben decennia niet vreemdgegaan,
maar nu mijn hartje van ontroering smelt
verwijder ik mijn kleding met geweld
en druk mij vast tegen het toestel aan. 

Ik roep de naam van Willem-Alexander.
Ik zucht en steun, ik zeg een kort gedicht:
‘O, houden van elkander, nooit een ander…’
 
Seconden later is de Daad verricht.
Daar zit de Prins-Gemaal. Een waterlander
Glijdt triest van zijn Madame Tussaud-gezicht. 

(uit: Zo klinkt dus weggesmeten geld, uitgeverij Mouria)

Een koop’ren koning met een houten kroon:
Hij wilde niet regeren maar besturen
al moest hij eerst een ballingschap verduren
voordat hij plaats kon nemen op de troon.

Een ingekeerd onaangenaam persoon
werd hij genoemd, grossier in vreemde kuren;
te vaak in onmin met zijn zuiderburen
en onderwerp van grove spot en hoon.

Hoe kan het toch dat wij die man vereren?
Als koning-koopman keerde hij het tij,
bracht nijverheid, techniek en industrie;

bleef tegendraads het land moderniseren.
De suffende regentenmaatschappij
ontwaakte en kreeg nieuwe energie.

Pornografische tearjerker in drie sonnetten 

II Goede raad

‘Ik zou niet kijken’, zei mijn psychiater –
Groot kenner van de menselijke ziel –
‘want u, als kroonprinsminnend homofiel,
Zit straks met een verschrikkelijke kater.’ 

Mijn psychiater is een vlotte prater,
Maar Alexander heeft zo’n sex-appeal
Dat ik dwangmatig voor de beeldbuis kniel.
Misschien zal mij dat nog berouwen, later.
 
Want liefde spoedt zich als een schaduw heen
Of blijkt een zinsbegoocheling, een dwaling.
Wij hebben voor een uur elkaar te leen,
En tranen zijn de bitt’re afbetaling

Van al wat onherroepelijk verdween –
Al kijk ik straks geheid naar de herhaling.


(uit: Zo klinkt dus weggesmeten geld, uitgeverij Mouria)
Morgen deel II
Pornografische tearjerker in drie sonnetten 

I Ochtend 

Hiep hiep hoera, het is weer Prinsjesdag!
Al beukt het hemelwater op de ruiten,
Ik waag mij in mijn kamerjas naar buiten
En hijs de oude rood-wit-blauwe vlag.

Ik boen mijn huis zo schoon als ik vermag
En blijf intussen het Wilhelmus fluiten.
Nog even. Deuren dicht, gordijnen sluiten,
En dan gaan zitten voor het NOS-verslag.

Op mijn enorme flatscreen-superbeeld
Verschijnt een klok die langzaam maar gestaag
De wachttijd in gelijke partjes deelt.

Een vlekkeloos gebruinde omroepblaag
Spreekt vriendelijke woorden, maar verveelt.
En dan is er verbinding met Den Haag!

(uit: Zo klinkt dus weggesmeten geld, uitgeverij Mouria)
Morgen deel II

 

al jaren trekken Wij van Willem Drees
op vorstelijke vleugels vloog de tijd
dan komt de dag, ook voor de majesteit
dat zij kan zeggen: basta ... klaar is Kees

mijn jongen, heb geen last van hoogtevrees
je pad heb ik met liefde geplaveid
na haast een halve eeuw geborgenheid
mag jij beginnen aan je eigen race

vertrek nu uit het dorpse Wassenaar
en laat de Spelen en het water glippen
het wordt nu tijd voor hogere begrippen
verhuis naar Huis ten Bosch, word Hagenaar

er wacht een zware taak, ziehier de schaar
om koninklijk de linten door te knippen

‘Waarom blijf je gewoon niet lekker hier?’
Sprak Willem V tot zijn vertoornde vrouw
‘Waarom zou je je nou zo op gaan winden?

Canaille, plebs, janhagel en het grauw
En kezenvolk; dus ons niet welgezinden
Zijn buiten in de polder op de been’

‘Nee; ik wil pér se naar mijn Haagse vrinden
En laat me niet weerhouden door ‘t gemeen!’
Ze stapte bitter in haar janplezier

Maar Willem V  was dit keer niet abuis:
Ze kwam maar tot Goejanverwellesluis  



Enkele tientallen jaren geleden kon iedere Nederlander dit verhaal vertellen: het behoorde bij de geschiedeniscanon. Er is nu een nieuwe generatie, die van dit verhaal totaal onkundig is, door gebrek aan onderwijs in ons onderwijs.
Wat jammer is, vanwege dat prachtige ‘Goejanverwellesluis’ (waardoor het bij ollekebollekeliefhebbers overigens wél voortleeft).
Je  deelt nu dus een Vaderlands Geschiedenisfeit met hele oude Nederlanders en kunt in elk woonzorgcentrum de blits maken.
Wat kezen zijn? Dat was de spotnaam die Oranjegezinden aan de Patriotten gaven.

(Uit De canon van Nederland, uitgeverij Liverse)

   
Op de Dam van Amsterdam
Staat een poppenkast
Weten jullie, jongens, meisjes,
Hoeveel daar ligt opgetast?

Naast een enkel aandeel slechts een
Jaaruitkering, vijf miljoen
Klein miljardje als reserve
En daar moet ze ’t maar mee doen

Op de Dam van Amsterdam
Staat een poppenkast
Weten jullie, jongens, meisjes,
Hoeveel daar niet wordt belast?

Niet het rendementsvermogen
Niet de auto of het loon
Niet een schenking of successie
Rijksbelasting? Niet de kroon

Op de Dam van Amsterdam
Staat een poppenkast
Weten jullie, jongens, meisjes:
Hoe is daar de zondelast?

Om een vage vliegtuigorder?
Om een huis in Mozambique?
Om een brievenbus op Guernsey?
Is dit soms een republiek?

Op de Dam van Amsterdam
Staat een poppenkast
Weten jullie, jongens, meisjes,
Wie er op de poppen past?
Hieronder het tweede deel van de voorpublicatie uit deel 3 van de Rijmkroniek des Vaderlands, "Van Wilem III tot Willem III" Na de successen van de Rijmkroniek des Vaderlands I en de Rijmkroniek des Vaderlands II (via de links voor 5 euro per stuk te koop), zijn Driek van Wissen en Jean Pierre Rawie druk bezig aan een derde deel. Het principe blijft hetzelfde: Willem-Alexander vertelt elke avond voor het slapen gaan een stukje uit de vaderlandse geschiedenis aan zijn dochter Amalia en waarschijnlijk luisteren ook  haar zusjes gezellig mee!


In veel van wat hij deed en zei
Herken ik vaak heel veel van mij,
Want heel veel deed hij net als ik.
Als blijk van zijn moderne blik
Noem ik zijn oog voor industrie
En nijverheid. En ook was ie
Avant la lettre reeds bekend
Met land- en watermanagement,
Iets waar ik ook van wakker lig.
Daarnaast bekommerde hij zich
Over het lot der minbedeelden,
Want bij wie zoals wij in weelde
En adellijke voorspoed baden
Dringt zich de drang tot goede daden
Vanzelf als vanzelfsprekend op:
Jan met pet was arm als Job
En liep in lompen en was ziek
En Willem vond het niet zo chic
Een volk van bedelaars te leiden;
Dus om de armoe te bestrijden
Deed hij veel aan weldadigheid.
Ook hierin was de vorst zijn tijd
Vooruit! Als vooruitstrevend mens
Verwierf hij gronden op de grens
Van Overijssel en van Drenthe:
Als God het wou, Deo volente,
Kon men daar kampementen bouwen
Waarin die armen met hun vrouwen
En hun armlastig nageslacht
Gratis bijeen werden gebracht
Om graaf- en grondwerk te verrichten
Zodat de fraaie stadsgezichten
Niet meer door hen werden ontsierd.
Door Willem gul gefinancierd
Van Nederlands belastingcenten
Kreeg men daar op de grens van Drenthe
Het uitzicht op een nieuwe start.
De vorst had een ruimhartig hart!
Maar wie te dom was en niet doorhad
Hoe goed hij het wel met hem voorhad
Werd met proportioneel geweld
Zijns ondanks op transport gesteld
Door ’s konings dappere gendarmen.
Zodoende hadden zelfs de armen
Het onder Koning Willem goed:
Gewassen en heropgevoed
Tot huiselijke, bonafide,
Godvruchtig angehauchte lieden,
Tot nuchtere geheelonthouders
En verantwoordelijke ouders,
Waren zij dankbaar voor hun lot,
Hun goede koning en hun God.
En zo schreed de beschaving voort
In Frederiks- en Willemsoord.  

Log in

Gebruikersnaam en wachtwoord:

Zoeken

Forum Recent

Uit het archief

Leeftijd

driekstrik
WikiMediaCommons, bewerking © IB
 
Jij bent als mens te oud van jongs af aan:
Te oud voor moederborst en kinderwagen,
Te oud je kleine zusje zo te plagen
En er in drift eens lekker op te slaan.
 
Je bent te oud, klinkt telkens het vermaan:
Te oud jezelf als losbol te gedragen,
Te oud voor kroegbezoek en rokkenjagen
En alles wat je graag nog had gedaan.
 
En ook voor hypotheek en staatstoelage,
Een snelle auto en een nieuwe baan
Steeds ben je zogezegd te oud van dagen. 
 
Maar als je laatste uur ooit heeft geslagen
Dan ziet men zwartomlijnd geschreven staan:
Te jong - hij was te jong om heen te gaan. 
 
 
Op 12 juli 1943 werd Driek van Wissen geboren.
Dit gedicht is geplaatst met toestemming van de weduwe van Van Wissen, Corien Bleeker, waarvoor de redactie haar hartelijk dankt.
Uit: De Dichter des Vaderlands. Zijn mooiste gedichten gekozen door Jean Pierre Rawie (Nijgh & Van Ditmar, 2005).