kasplantje
 
Je ziet in het verpleeghuis vaak verdriet
Toch is er ook een glimlach om de mond
Wanneer ik even langskom met de hond
Het zijn vaak dieren waar men van geniet
 
Men aait en knuffelt hem of geeft een brokje
En is voor even zonder pijnlijk weten
Van alles wat ze liever niet vergeten.
De hete thee wordt lauw, men drinkt geen slokje
 
Ik zeg, er wacht nóg iemand hier op mij
Dag dames, heren, ik kom heel gauw weer
Mijn moeder, staan haar planten in een meer?
Ze wenkt wanhopig op de galerij
 
Geef mij je gieter maar, me lieve gunst
Die planten mam, zijn nep, ’t is plastic kunst!
 

Log in

Gebruikersnaam en wachtwoord:

Zoeken

Forum Recent

Uit het archief

Ode aan de bitterbal

bitterbal
Pixabay
 
Daar hij nog niet genoeg bezongen is
Als metgezel van menig samenzijn
In klein verband of ook wel groot festijn
Voorzie ik met plezier in dit gemis
 
De ronde rakker gaat van hand tot hand
En ieder wil met liefde in hem bijten
Toch zou ik niet voor roekeloosheid pleiten
Want menigeen heeft zich aan hem gebrand
 
Een korrelige lauwe buitenkant
Verhult het smeulend vuur dat hem kan vullen
En daarna kun je even niet meer lullen
Je praatjes zijn ineens niet zo krokant
 
Maar met geduld en tederheid vooral
Laat hij zich rustig in de mosterd dopen
Je mond kan ook alweer een stukje open:
De schaal komt langs; ‘Ja glaag een bittelbal’.