Kijk, daar komt de Schrikkelspork.
(Achterneefje van de Uffel,
weggemoffeld bastaardbroertje
van de welbekende Knork.)
 
Veertienhonderdzestig dagen
hoefde je hem niks te vragen,
veertienhonderdzestig nachten
sliep hij diep, zonder gedachten.
 
Doch welingelichte kringen
melden dat de Haas gaat springen,
dus ontwaakt de Schrikkelspork
met een kriegelige snork.
 
(Liever was hij blijven knorren,
want hij sukkelt zo met jicht
en het jeukt weer schrikkelbarend
in zijn ene tijdsgewricht.)
 
Oei, hij hinkelt en hij hompelt
op zijn manke achterbeen;
kijk toch hoe hij aldoor struikelt
over zijn reserveteen...
 
Snapt hij wat er aan de hand is?
Is hij nog op tijd erbij?
Horen we de Haas al hijgen?
Strakke eindspurt – Ja! Buut vrij!
 
Joechei! jubelt de Uffel,
geëchood door de Knork.
Die hebben we weer binnen
door ónze Schrikkelspork!
 
Maar hijzelf duikt in zijn duffel,
toffelt zwijgend naar zijn hol.
Eer de Maartse Haas geland is
koffert hij zijn knikkebol.

Log in

Gebruikersnaam en wachtwoord:

Zoeken

Forum Recent

Uit het archief

Engels



Nog even en het Nederlands is slechts voor hobbyisten
Want Engels lijkt de voertaal in ons kleine kikkerland
’t Is trigger, deal, fuck, shit, en roots. We laten ons niet kisten
En lezen nu de krant met Prisma Engels bij de hand


‘Nog even en onze taal is alleen voor hobbyisten’ klaagt Frans Zonneveld in AD 28-9. Met ‘hobbyisten’ bedoelt Zonneveld waarschijnlijk ‘liefhebbers’