De Relikwibus heeft een steen,
die ligt op zijn balkon.
Daar hinkelt hij driemaal omheen
bij ’t opgaan van de zon.
God weet wat hem te wachten staat
als hij dat een keer overslaat.
  
De Relikwibus eet beschuit
met muisjes als ontbijt.
Per kleur telt hij die muisjes uit
voor alle zekerheid.
Een uitgebalanceerd dieet
voorkomt onnoemelijk veel leed. 
 
De Relikwibus heeft een vis
die rondzwemt in een kom.
Zolang de toestand gunstig is
maakt die zijn bocht linksom.
Maar draait hij naar de andere kant,
dan is er vast iets aan de hand.
  
De Relikwibus draagt een pet
die ooit de Sint hem gaf.
Hij heeft hem destijds opgezet
en zet hem nooit meer af.
Waait hij ooit weg of raakt hij zoek,
dan komt dat in het Grote Boek.
 
De Relikwibus heeft een baard
(naar voorbeeld van zijn pa)
waarin hij spiekbriefjes bewaart
met Dag en O en Tja.
Die antwoorden zijn altijd goed
als hij op straat iemand ontmoet.
  
Eens moet de Relikwibus gaan,
dan hinkelt hij naar zee
en bij het schijnsel van de maan
breekt hij zijn steen in twee.
Hij eet nog eenmaal een beschuit
en wuift zijn vis het zeegat uit.
 
Zijn pet heeft hij voor ’t laatst bewaard.
Hij mikt, hij slikt en staart hem na.
Hij frummelt even aan zijn baard
en zegt dan: ‘Tja.’ 
 

Log in

Gebruikersnaam en wachtwoord:

Zoeken

Forum Recent

Uit het archief

Oopjen



Daar zijn ze dan, ze hangen in het Rijks,
dit heeft daar iemand kranig doorgedreven.
Nu trekken deze Rembrandts veel bekijks,
de aankoophindernis bestond maar even.

De afgebeelden zijn niet hoogverheven,
geen dode adel, paap of dominee,
maar Oopje en haar man zijn nog in léven,
want Rembrandt zag symbolen in die twee:

geluk en welvaart, gul door God gegeven,
vol trots getoond door bruidegom en bruid,
als haalbaar loon voor vlijt en werkzaam streven.
Dit was de Gouden Eeuw ten voeten uit.

Wel blanke vlijt, dat ziet Sylvana zó.
Zij hangt ze liefst in Paramaribo!


[De schilderijen komen overigens pas op 1 juli in het Rijksmuseum.]