Mam, er staat buiten een man bij de heg
Al uren en uren en uren
staat die kerel daar naar me te gluren
zo roerloos en star in de sneeuw
en hij zegt niks terug als ik klootzak naar hem schreeuw
Wat doet die man bij onze heg, mam?
Wat doet ie bij onze heg?

             Die sneeuwpop was vroeger je vader
             Ooit zong hij je ’s avonds in slaap
             Hij woonde toen hier bij ons binnen
             en daar buiten liep een schaap

Mamma, die man is nog altijd niet weg
Al weken en weken en weken
krijg ik hem niet weggekeken
Hij staat maar te staan in de modder
en hij zegt er niks van als ik klodders naar zijn kop gooi
Wanneer gaat die man daar nou weg, mam?
Wanneer gaat ie daar nou weg?

             Die sneeuwpop was vroeger je vader
             Je mam heeft hem buitengezet
             Hij smakte altijd bij het eten
             en vroeg zoveel ruimte in bed

Mamma, die man staat nog steeds bij de heg
Al jaren en jaren en jaren
staat die kerel daar naar me te staren
zo ijzig en bleek in het gras
en hij zegt niet eens foei als een hond tegen hem aan plast
Waarom gaat die man daar niet weg, mam?
Waarom gaat ie daar niet weg?

             Die sneeuwpop was vroeger je vader
             Hij was mamma’s minnaar en held
             Nee, haal hem in godsnaam niet binnen
             De kans is te groot dat ie smelt

             Die sneeuwpop was vroeger je vader
             Soms drupt langs zijn wortel een traan
             Zolang als jij zijn kleine meid blijft
             zal hij voor jou pal blijven staan

Log in

Gebruikersnaam en wachtwoord:

Zoeken

Forum Recent

Uit het archief

Laatste Sonnettenkransenkranskans



Het begon allemaal met Ilja Pfeijffer, die beweerde de eerste sonnettenkrans in Nederland geschreven te hebben, vijftien geschakelde sonnetten, waarvan de laatste bestaat uit de beginregels van de vorige.

Alom bewonderd door kritiekloze critici, werd hoongelach zijn deel onder wél terzakekundigen, die vaststelden dat er in zijn werk in de eerste plaats geen sprake was van sonnetten, maar van veertienregelige kreupelrijmen en in de tweede plaats er al tal van sonnettenkransen in ons taalgebied waren verschenen.
Wél inspireerde deze gotspe een aantal dichters tot het maken van nieuwe sonnettenkransen en ontstond een onverwacht neurologisch effect in de synapsen van Bas Jongenelen en Martijn Neggers.

Een sonnettenkransenkrans!
Een werkstuk van 196 sonnetten, bestaande uit 14 sonnettenkransen waar het laatste sonnet bestaat uit de beginregels van de uit beginregels bestaande laatste sonnetten uit sonnettenkransen, was zover bekend nooit gedaan. Was dit überhaupt mogelijk?
Het duo besloot gewoon te beginnen met een groots en ingewikkeld schema en, na het al snel doorbranden van verschillende schakelsystemen in de voorhoofdskwab, hulp in te roepen.
Enkele tientallen dichters, waarvan vele met naam en adres bekend bij Het vrije vers, schoten te hulp en het onmogelijke werd tot stand gebracht: de waarschijnlijk* eerste sonnettenkransenkrans uit de wereldliteratuur was een feit.

Een crowdfunfddinges, om een Nederlandse term als geldinzamelactie te vermijden, bracht voldoende fondsen bijeen om het in druk te laten verschijnen en ook jij kunt dus in het bezit komen van een eenmalig en uniek prachtboek.

Wees er wel snel bij, over een week sluit de mogelijkheid.
Via onderstaande link kun je een exemplaar (of meerdere: denk aan de verjaardag van je oude schoolmeester) bemachtigen en er zelfs een poster bij krijgen - tegen ferme bijbetaling uiteraard - met al die dingen schematisch in beeld, wat een fraai inzicht geeft in het ontstaan van een burn out bij letterkundigen.
Dus klik hier.

*Voor absolute zekerheid zoeken we nog iemand zonder stofallergie, die bereid is alle archieven na te pluizen, op zoek naar die ene malloot die wellicht, verborgen in het duister, zoiets al tot stand heeft gebracht. Krankzinnigheid is tenslotte niet alleen aan onze eeuw voorbehouden.