De pyromaan van Zevenhuizen had een houten been
Een glazen oog, een pruik en zelfs een siliconen teen
Meer dood dan levend zat hij zielig in de ziektewet
Maar heeft het dorpje waar hij woonde in de fik gezet
Zijn eerste klus een bungalow, verbrand met zijn toupet
De kale vlammenkunstenaar bekeek het vuurballet
Zo zag hij hoe in Zevenhuizen ´s nachts een huis verdween
De pyromaan tevreden, dat was huisje nummer één
Vol goede moed ging hij wat dagen later weer op pad
En brandde met zijn houten been de rijtjeshuizen plat
De kale pyromaan had nu één poot nog aan zijn lijf
En Zevenhuizen miste huisje twee, drie, vier en vijf
Verslaafd aan vuurzucht zocht hij nogmaals naar een brandmisdrijf
Zijn eigen huis was over en daarnaast nog één verblijf
Zijn kunststof teen vloog door de ruit en heeft toen vlam gevat
(Die teen kwam trouwens van het been dat hij nog over had)
Het zesde huis verbrandde in een zeer kort tijdsbestek
Het dorp bestond nu uit één huis en was niet meer in trek
De pyromaan z´n werk was klaar hij had niets meer te doen
Zijn eigen woning liet hij staan dus ging hij met pensioen
Hij kon niet lang genieten, deze manke, blinde gek
Hij stapte mis viel van de trap en brak daarbij zijn nek
Gans opgebrand en uitgeblust lag onze kale oen
Te rotten in zijn eigen gang het hele herfstseizoen
Toch bleef hij na zijn dood nog steeds voor vuur gepassioneerd
Zijn lijf verdween, alleen het glazen oog bleef ongedeerd
Een hete zomer volgde, brak records en was kurkdroog
U snapt het vast, het risico op brand was best wel hoog
De zonnestralen schenen door de ramen op het oog
waardoor het allerlaatste huis alsnog de fik in vloog
De pyromaan van Zevenhuizen bleek getalenteerd
Hij heeft postuum zichzelf en ook zijn huisje gecremeerd
Een glazen oog, een pruik en zelfs een siliconen teen
Meer dood dan levend zat hij zielig in de ziektewet
Maar heeft het dorpje waar hij woonde in de fik gezet
Zijn eerste klus een bungalow, verbrand met zijn toupet
De kale vlammenkunstenaar bekeek het vuurballet
Zo zag hij hoe in Zevenhuizen ´s nachts een huis verdween
De pyromaan tevreden, dat was huisje nummer één
Vol goede moed ging hij wat dagen later weer op pad
En brandde met zijn houten been de rijtjeshuizen plat
De kale pyromaan had nu één poot nog aan zijn lijf
En Zevenhuizen miste huisje twee, drie, vier en vijf
Verslaafd aan vuurzucht zocht hij nogmaals naar een brandmisdrijf
Zijn eigen huis was over en daarnaast nog één verblijf
Zijn kunststof teen vloog door de ruit en heeft toen vlam gevat
(Die teen kwam trouwens van het been dat hij nog over had)
Het zesde huis verbrandde in een zeer kort tijdsbestek
Het dorp bestond nu uit één huis en was niet meer in trek
De pyromaan z´n werk was klaar hij had niets meer te doen
Zijn eigen woning liet hij staan dus ging hij met pensioen
Hij kon niet lang genieten, deze manke, blinde gek
Hij stapte mis viel van de trap en brak daarbij zijn nek
Gans opgebrand en uitgeblust lag onze kale oen
Te rotten in zijn eigen gang het hele herfstseizoen
Toch bleef hij na zijn dood nog steeds voor vuur gepassioneerd
Zijn lijf verdween, alleen het glazen oog bleef ongedeerd
Een hete zomer volgde, brak records en was kurkdroog
U snapt het vast, het risico op brand was best wel hoog
De zonnestralen schenen door de ramen op het oog
waardoor het allerlaatste huis alsnog de fik in vloog
De pyromaan van Zevenhuizen bleek getalenteerd
Hij heeft postuum zichzelf en ook zijn huisje gecremeerd