Nou, hier is ie dan: Ik las in het Parool van een paar dagen geleden een stukje van Bob Fommé over het teletekstsonnet. Het bleek gebaseerd op een oude blog van Drabkikker (uit2010), een typografisch hobby-ist, over de eigenaardigheid van de Vlaamse teletekst, die bij letters en spaties van gelijke breedte exact uitgevulde regels heeft; dus m.a.w., iemand is de letters aan het tellen. Op deze blog werd gereageerd door "Absent Martian" met een aldus samengesteld teletekst gedicht Iedere regel heeft evenveel posities (letters+spaties), zodat een sonnet in de vorm van een rechthoek ontstaan.
Dit wilde ik jullie niet onthouden, maar het blijkt dat door de opmaak van "het Vrije Vers" de oorspronkelijke opmaak van een vers verloren gaat.
Desondanks, hoewel de echte lol eraf is, toch hierna het teletekstgedicht van Absent Martian:
TELETEKSTPERIKELEN GENEREREN SONNET
Niet schrijf ik vrije-versgedichten
Of lal ik onbezorgd wat in mij welt
De vorm mag dichters zó verplichten
Dat in de regel elk der tekens telt
Nooit kan een dichter dieper zinken
Dan waar hij prevelt ongetelde zang
(Zolang die verzen jambisch klinken
Is aantal voeten minder van belang)
Hoe zou de dichtkunst toch verkeren
Als inhoud steeds de vorm verdrong?
De dichters moeten zulks maar leren
Stel dat ’n dwaas met charlatanerie
Naar d’hoogste dichterprijzen dong!
Uit regels blijkt de Mooiste Poëzie