De winterkoude is alweer voorbij;
we kunnen ons wat luchtiger gaan kleden.
De aarde wordt van witte smetten vrij
en ongeschikt voor schaatsen en voor sleden.
Wij zijn wat te veelvuldig uitgegleden,
minister, wijkagent en lichtekooi.
Maar dat behoort nu echt tot het verleden,
nu zijn we heel gelukkig met de dooi.

Aanvankelijk is iedereen nog blij:
zo’n witte kerst stemt heel het land tevreden.
De witte schapen in de dito wei
en met je slee de dijk af naar beneden.
Nee, voor gemopper is er echt geen reden;
het uitzicht is dan ook betoverend mooi.
Al werd dat winterwonderland aanbeden,
toch zijn we heel gelukkig met de dooi.

Ik zet voor u de feiten op een rij.
Een ieder praat van schaatsen langs elf steden.
Helaas is al het ijs bevroren brij
en dient het voor de veiligheid vermeden.
Ook moet het thema strooizout aangesneden:
het houdt de gladheid weg, maar geeft zo’n zooi.
Zo zijn er nog wat ongemakkelijkheden,
dus zijn we heel gelukkig met de dooi.

O Prins, die Koning Winter heeft bestreden,
gij overwinnaar van het ijstoernooi.
Wanneer we nog één sneeuwbal mogen kneden,
dan zijn we heel gelukkig met de dooi.

Log in

Gebruikersnaam en wachtwoord:

Zoeken

Forum Recent

Uit het archief

Ochtendzorg

Ik heb de zonde ongeremd bedreven
Ja, zusterlief, ik zeg het zonder spijt
Dat elke vrouw, al liep ze in habijt
Van mijn avances wulps begon te zweven

Nee, kind, je hoeft niet zo ontzet te beven
Dat satan mij al in zijn armen vlijt:
Ik heb de zonde ongeremd bedreven
En ben mijn kansen op de hemel kwijt

En toch kan ik met deze toekomst leven
Nu ik in dit tehuis mijn dagen slijt
Als jij, mijn schat, eens vurig met me vrijt
Om mij nog één keer dit gevoel te geven:
Ik heb de zonde ongeremd bedreven

 

Uit: Eeuwig rijzen, de Contrabas, maart 2011