En dan te bedenken dat Ko de Laat,dichter, tekstschrijver en journalist, al een jaar geleden met de oplossing kwam:
Lees, luister en oefen mee!
1.
Sinterklaasje, kom maar binnen met je allesbehalve-zwart- gekleurde-managementassistent
Ook al zijn we niet aan hem gewend
Dat kost ons vast nog even tijd
Maar daartoe zijn wij wel bereid
Kom dus eens even bij ons aan
En laat je edele-ros-dat-hoewel-wij-niet-onwillig-zijn-om-hem-te-ontvangen-dus-dat-daar-vooral-geen-misverstanden-over-ontstaan-maar-omdat-onze-ontvangsthal-er-nu-eenmaal-niet-op-berekend-is maar buiten staan
En we zingen
En we springen
En we zijn zo blij
Want er zijn geen als-politiek-incorrect-te-interpreteren-situaties bij
En we zingen
En we springen
En we zijn zo blij
Want die zwarte bladzij is voorbij
2.
Hoort wie klopt daar, kinderen?
Hoort wie klopt daar, kinderen?
Hoort wie klopt daar zachtjes op de deur?
’t Is ’n vreemd’ling zeker
Die verdwaald is zeker
Want hij heeft een hele rare kleur
’n Soort van Piet
’n Soort van Piet
Brengt ons ’n ongevraagd bezoek
Nou, strooi maar heel gauw dan
In een of and’r e hoek
3.
Wie loopt
Wie loopt
Daar naast die goeie Sint?
Wie leidt hem
Wie leidt hem
Door regen, weer en wind?
Het is
Het is
Of is ie ‘m nou niet?
Jawel hoor
Jawel hoor
Het is die trouwe Piet
Maar hoe apart
Hij is nu niet meer zwart
Die kleur
Die kleur
Die zit er niet meer aan
Begrijp je
Begrijp je
Hoe dat nou kan bestaan?