Het leven is net als een groeigedicht.
Je denkt al gauw: ~Dat lap ik hem wel even.~
’t Blijkt toch een zwaar karwei, al lijkt het licht.

Het leven is net als een groeigedicht.
De eerste strofe heeft haast geen gewicht,
die heb je in een oogwenk neergeschreven.
Je denkt al gauw: ~Dat lap ik hem wel even.~
Daarna krijg je per regel minder zicht
op welke wijze je het vorm moet geven.
’t Blijkt toch een zwaar karwei, al lijkt het licht.

Het leven is net als een groeigedicht.
Je doet je best maar raakt nooit echt bedreven,
dat wordt je mettertijd wel ingewreven.
De eerste strofe heeft haast geen gewicht,
die heb je in een oogwenk neergeschreven.
Je denkt al gauw: ~Dat lap ik hem wel even.~
Daarna krijg je per regel minder zicht
op welke wijze je het vorm moet geven.
Een groeigedichtje maken is als leven:
aan ’t einde zie je pas wat is verricht.
’t Blijkt toch een zwaar karwei, al lijkt het licht.

Log in

Gebruikersnaam en wachtwoord:

Zoeken

Forum Recent

Uit het archief

Liefde (Utrechts sonnet 9)



Ik houd van jou—'t is daarom dat ik zing
hoewel ik weet, bij min die vreugd verschaft:
liefde is als lotos, die de zwerveling
vergaat; weg spoelt de tijd hem, vlucht'ge haft.

Liefde is als lotos, die de zwerveling
verorbert, die met koorts en gekten straft
totdat niets rest dan de herinnering
van hoe je hem nadien hebt afgeblaft.

Totdat niets rest dan de herinnering
herleest men het verhaal van kaft tot kaft.
Liefde is als lotos, die de zwerveling
vergaat; weg spoelt de tijd hem, vlucht'ge haft

van wie ik houd. Ik houd van jou. Maar weet:
om half tien moet je weg—'k heb nog een date.


(r. 3 & 4 zijn regel 9 & 4 uit een sonnet van Dèr Mouw)