pixabay.com

Toen wij

Ik ging op dansles want ik wou een zoen
Dat wist ik toen nog niet maar deed heel blij
Gemaakt begeesterd stond ik in de rij
Die eerste avond in Het Dansgaljoen

Ik kende niemand maar ik wou die zoen
Onwetend van wie zij was of wie zij
Mijn contributie al betaald voor mij
Stond ik daar met een kop als een pioen

Ik had allang geen zin meer in die zoen
En stik-verlegen zocht ik plek nabij
Bij wie moest ik gaan zitten, wiens partij
Een welkom was mijn stiekem visioen

Het viel me alles mee: nog steeds geen zoen
Maar wel een hoop geklets en haar gevlei:
Mijn nieuwe outfit hip en storingvrij
Ik voelde mij de mode-kampioen

De eerste pasjes dan van het seizoen
Het was de wals: stap vóór en stap opzij
Zij trilde in mijn armen als gelei
Van al de spanning om het goed te doen

Maar koen en dapper stond in mijn blazoen
Dus deed ik net alsof voor allebei
En dankbaar toch keek zij ineens naar mij
Met nieuwe ogen en misschien een zoen?

Die zoen verstopte zich als een kalkoen
Vast ergens in een duin al op de hei
Met bibber-knieën vroeg ik haar: 'Wil jij?'
En nam haar naar de bios en High Noon

We bleken beiden nog als gras zo groen
Verlangens tolden rond in Gorters Mei -
De film was mooi, maar mooier nog was zij:
Ineens was daar die lang gehoopte zoen

Zij werd mijn grote liefde vanaf toen
Wij wisten dat meteen, geen prutserij
Zij zit nu knussig naast me, hand op dij
-

Mijn allerliefste schreef dit laatst voor mij. 'Het is niet af,' is wat hij mij nog zei. 'Ik ben wat moe van al dat woordgevrij.' Ging vroeg te bed, sliep als een roosje blij. Werd nooit meer wakker uit zijn dromerij. Zijn leven, vól van zinnen, plots voorbij. Nu ligt hij daar, een prachtig schilderij. Het afscheid is er geen, want hoe 't ook zij - van nu en ooit: wij blijven altijd wij.

Rest mij nog slechts een allerlaatste -


Wijziging(en)
Str. 4, r. 2: wat => haar


Een volgende challenge: een gedicht in kwatrijnen met slechts twee rijmklanken, rijmschema abba, in jambische pentameter.

Doncennui

Elke eerste regel eindigt met 'zoen'. En dan ga je over naar ';seizoen 'en 'blazoen. Ik vind dat inconsquent

Beste Bas,

Dat was geen onderdeel van de challenge, vandaar.

Dan is er ernstig sprake van rijkrijm

Hoi Bas,

Ja en nee, ik weet dat zelf natuurlijk ook wel, maar: in de herhaling kan soms een soort van melodie zich manifesteren, vaste ankerpunten die het ook in een liedje altijd erg goed doen, IMHO.

Dag Doncennui,
Voor liedteksten hebben wij een aparte categorie.
Als je uitdagingen zoekt, het staat hier stijf van de uitdagingen. Want er zijn vele Light Verse vormen waarin een woord, zelfs een regel, herhaald wordt. Er is zelfs het Pantoum waarin elke regel wordt herhaald.
Als je een gedicht schrijft waar elke eerste regel met het zelfde rijmwoord eindigt, dan kan dat goed, maar dat vereist consequentie. Zo niet, dan is het rijkrijm. Fatsoen rijmt op zoen. Blazoen / zoen is rijkrijm. Je eerdere opmerking dat enjambement ‘not done ‘is; maar ‘ben’k ‘ in rijmpositie is wat meer dan not done. Het is een poging om rijmnood op te lossen. Er zijn dor div. collega’s opmerkingen geplaatst waar ik het meestal wel mee eens ben. Ik wens je veel succes.

Hoi Bas, dank voor je aanmoedigingen. Ik heb bewust gekozen dit gedicht te plaatsen onder Overige versvormen. Het geeft nog even iets meer vrijheid. De echt strakke vormen die jij zoal benoemt, komen wat mij betreft zeker nog eens aan de beurt, beloofd!