Welkom, Gasten
Gebruikersnaam: Wachtwoord: Onthoud mij

Onderwerp: Speeddate

Speeddate 20 aug 2016 11:41 #1

  • Bas Boekelo
  • Bas Boekelo's Profielfoto
  • Offline
  • Forumgod
  • Berichten: 4566
  • Ontvangen bedankjes 1403
Een rij met kandidaten
Maar eerst moet hij wat eten
Hij neemt wat anderen aten
Pas daarna kan die daten

Rijkrijm, maar in een ander betekenis en zelfs met een andere uitspraak. Oogrijm ook, ja.
Laatst bewerkt: 20 aug 2016 11:43 door Bas Boekelo.
Alleen ingelogde leden kunnen reageren.
Bedankt door: Inge Boulonois

Speeddate 20 aug 2016 12:23 #2

Leuk.

Alleen, ik zou het leuker vinden als het woord 'kandidaten' niet als zodanig in het gedicht voorkomt. Net zoals je in het gedicht 'Menseneter' hebt gedaan. Daarin komt het woord 'kannibalen' niet voor. Alleen maar in uitspraak.
Alleen ingelogde leden kunnen reageren.

Speeddate 21 aug 2016 10:45 #3

  • Bas Boekelo
  • Bas Boekelo's Profielfoto
  • Offline
  • Forumgod
  • Berichten: 4566
  • Ontvangen bedankjes 1403
Hendrikje, m.i. kan het vers niet zonder de titel, hoewel ik geen voorstander ben van titels die in feite deel uitmaken van het vers. En wie zou begrijpen dat 'kan die daten' een woordspeling is?
Behalve jij?

een lange rij met meiden
ze zijn om op te vreten
een man om te benijden
met allen kan die daten
Alleen ingelogde leden kunnen reageren.

Speeddate 21 aug 2016 14:40 #4

Bas, ik vind die nieuwe versie leuker!

Ik heb nu het woord 'kandidaten' in m'n hoofd, dus weet niet of ik dat bij eerste lezing meteen zou herkennen. Misschien als je kan die daten cursief maakt?

Voordeel van de nieuwe versie vind ik ook dat het 'eten'-gebeuren er niet in zit. Dat vond ik een beetje met de haren erbij gesleept.
Laatst bewerkt: 21 aug 2016 14:41 door Hendrikje de Koning.
Alleen ingelogde leden kunnen reageren.
Bedankt door: Bas Boekelo
Tijd voor maken pagina: 0.149 seconden

Log in

Gebruikersnaam en wachtwoord:

Zoeken

Forum Recent

Uit het archief

Kachel




Aanschouw de dichter in zijn klamme bed
hij tikt het metrum even voor zich uit
en dan ontsnapt hem weer een zacht gefluit
als alles samenvalt in een sonnet.

De meest verheven beelden heeft hij net
met verve en met diepgang, naar verluidt
met pit en met wat peper aangekruid
zorgvuldig en met zorg op rijm gezet.

Doch plots voelt hij de kou tot op zijn bot
dit gaat niet goed, straks ligt hij hier verstijfd
en is het met de dichtersgeest gedaan

En vol van spijt roept hij O, goeie God!
alweer geen Hoge Kunst die hier beklijft:
dan maakt hij met zijn werk de kachel aan.