En dan heb ik het nog niet over het gebrek aan een pointe, geen peper, niks. Het betreffende vers is, afgezien van het woordgrapje met "vorst", een eendimensionale lofzang in dactylus op rijm.
Niemand minder dan Cees van der Pluijm belichtte het ollekebolleke in de inleiding van
Zeslettergrepigheid. Hij heeft het daar uitsluitend over de formele eigenschappen.
Voor de inhoud kunnen we het beste de Grijze Eminentie - net nog niet doorgespoeld, begrijp ik
- zelf raadplegen, en wel het hoofdstuk Autopoëtica:
Ollekebollekes
Even de inhoud nog
Deze zij puntig
Als 't kan met een frappe
Rare constructies als
Opvullerijbewijs
Zijn slechts bewijzen
Van rijmelaarschap
Deze zij puntig/Als 't kan met een frappe.
Onze eigen Jaap Bakker merkte onlangs terecht op het forum op dat de meeste OB's in die bundel vooral
onderhoudend zijn.
Drs. P was de pionier op dit terrein. Ik denk dat onze ideeën over de inhoud wat zijn aangescherpt en geëvolueerd, zoals ook (ons gevoel voor) humor in de loop der tijd iets is veranderd.
En ja, Jacob heeft volkomen gelijk: niemand schrijft alleen maar briljante gedichten.
Wikipedia meldt over het OB (zie:
nl.wikipedia.org/wiki/Ollekebolleke_(dichtvorm) )
Het is een puntdicht (de tekst is humoristisch en heeft een pointe).
Kennelijk wordt van de huidige ollekebollekenist een geestigere pointe verwacht, dus forumleden...
Op Het vrije vers houden wij natuurlijk van kritiek (mits die op fatsoenlijke wijze wordt geuit).
Hartelijke groet,
Inge