De voordeur gaat van ’t slot ik stap over de drempel
Er schijnt een vale zon in ’t blauw een bleke schijf
De koeien in de wei een Hollands trots exempel
Het is een kalme dag zo rond een uur of vijf
Een buurman net uit bed de dag is aangevangen
Wat heeft hij als ontbijt geen yoghurt maar een fles
De vogel in de lucht – een buizerd – blijft stil hangen
Het is een kalme dag zo rond een uur of zes
Een hengelaar die vecht met haakje en een pier
Zijn snoer raakt in de war zijn dobber toont net leven
De buurvrouw met haar hond doet lievig met het dier
Het is een kalme dag zo rond een uur of zeven
Een wandelaar die groet hij is een dorpsgenoot
Zijn broekspijpen te kort kijkt op de klok en lacht
Van verre klinkt geluid een schorre bugelstoot
Het is een kalme dag zo rond een uur of acht
Een jongen in een boot verliest zowaar zijn roer
Hij vist het ding weer op al valt dat nog vies tegen
Ik ga maar eens naar huis mij wacht het ochtendvoer
Het is een kalme dag zo rond een uur of negen