Welkom, Gasten
Gebruikersnaam: Wachtwoord: Onthoud mij

Onderwerp: De Knijper

De Knijper 12 okt 2014 18:04 #1

Mijn dichtbundel:
Een jaar is vier kwartaal in tweeënvijftig lichte gedichten
is nu weer volop verkrijgbaar.
www.lichteverzen.nl
Alleen ingelogde leden kunnen reageren.

De Knijper 13 okt 2014 07:57 #2

  • Inge Boulonois
  • Inge Boulonois's Profielfoto
  • Offline
  • Admin
  • dichter
  • Berichten: 4649
  • Ontvangen bedankjes 2551
Amusant idee, Helder. In het beeld zit poëzie. Maar waar is de poëzie in de taal?
www.ingeboulonois.nl
dichter & schilder
Alleen ingelogde leden kunnen reageren.

De Knijper 13 okt 2014 13:42 #3

  • Inge Boulonois
  • Inge Boulonois's Profielfoto
  • Offline
  • Admin
  • dichter
  • Berichten: 4649
  • Ontvangen bedankjes 2551
Als ik zo'n mooie knijper was,
Dan kreeg ik heel veel slappe was
www.ingeboulonois.nl
dichter & schilder
Alleen ingelogde leden kunnen reageren.
Bedankt door: Bert van den Helder

De Knijper 13 okt 2014 21:30 #4

Hallo Inge,
Ik weet niet in welk beeld je de poëzie ziet, maar ik had niet echt een bedoeling toen ik de twee regels boven en onder de knijper zette.
Ik heb wel geprobeerd om veel poëzie in de taal te zetten. Ik wil over laten komen dat de jij-persoon een enorme idool is van de ik-persoon. De ik wil wel alles voor zijn idool doen. Zelfs als knijper zijn was vast houden. De dubbele bodem zit natuurlijk in het "kleren dragen". De ik wil er graag net zo uitzien als de jij. Verder heb ik lang nagedacht over het woord "mocht". Het had ook kunnen staan "zal" maar dat is een beetje bazig, of "kan" en daar klinkt dan weer zoveel twijfel in door. Het woord "mocht" laat vooral het verlangen zien. Of de ik nu wel of niet de kleren zal dragen geeft niet meer. Het feit dat hij de kleren mag dragen geeft al voldoening. Gorter heeft een hele Mei volgeschreven over verlangen en het idee dat je verlangen moet voeden en niet stillen is voor mij een mooie inspiratie voor poëzie.

Verder zit er voor de liefhebber nog een derde dubbele bodem in het gedicht. Als ik al jouw kleren draag heb jij dus niets meer aan. Die heb ik er niet ingeschreven hoor. Soms komt de grap vanzelf en een dirty mind is...


Groeten,
Bert
Mijn dichtbundel:
Een jaar is vier kwartaal in tweeënvijftig lichte gedichten
is nu weer volop verkrijgbaar.
www.lichteverzen.nl
Alleen ingelogde leden kunnen reageren.

De Knijper 13 okt 2014 21:51 #5

  • Inge Boulonois
  • Inge Boulonois's Profielfoto
  • Offline
  • Admin
  • dichter
  • Berichten: 4649
  • Ontvangen bedankjes 2551
Dank je wel Bert voor de toelichting op wat tussen de regels staat.
www.ingeboulonois.nl
dichter & schilder
Alleen ingelogde leden kunnen reageren.

De Knijper 13 okt 2014 21:53 #6

  • Ben Hoogland
  • Ben Hoogland's Profielfoto
  • Offline
  • Forumgod
  • Berichten: 2648
  • Ontvangen bedankjes 1680
Jango Edwards dichtte lang geleden:

Life could be oh so sweet
If I was a bicycle seat
...
No more smelling good to waste
With you pressed against my face

www.lyricsmania.com/bicycle_seat_lyrics_jango_edwards.html

Hoebedoelu: dirty mind...
Verba volant, scripta manent.
Alleen ingelogde leden kunnen reageren.
Tijd voor maken pagina: 0.250 seconden

Log in

Gebruikersnaam en wachtwoord:

Zoeken

Forum Recent

Uit het archief

Schoonheid (Baudelaire)



De schoonheid

Ik ben mooi, en voor mensen een droom van albast,
en mijn borst, waaraan ieder zich steeds weer bezeert,
is gemaakt met als doel dat hij dichters sommeert
tot een liefde die zwijgend is, tijdloos en vast.

Waar ik troon als een sfinx in het hoge azuur
is mijn hart als van sneeuw, ben ik wit als een zwaan.
Ik verfoei het dat lijnen teloor kunnen gaan,
dus ik lach noch ik huil, en ben nooit overstuur.

Aan de voet van mijn rijzige marmerstatuur,
die immuun is voor zonlicht, voor striemende wind,
tuurt mijn meute van minnaars omhoog, uur na uur,

naar de glans van mijn ogen, het spiegelend paar,
waar ze zoekt, in een roes die hen allen verbindt,
naar een glimp van wat schoon is, onzegbaar en klaar.



xxxxx

La beauté

Je suis belle, ô mortels! comme un rêve de pierre,
Et mon sein, où chacun s'est meurtri tour à tour,
Est fait pour inspirer au poète un amour
Eternel et muet ainsi que la matière.

Je trône dans l'azur comme un sphinx incompris;
J'unis un coeur de neige à la blancheur des cygnes;
Je hais le mouvement qui déplace les lignes,
Et jamais je ne pleure et jamais je ne ris.

Les poètes, devant mes grandes attitudes,
Que j'ai l'air d'emprunter aux plus fiers monuments,
Consumeront leurs jours en d'austères études;

Car j'ai, pour fasciner ces dociles amants,
De purs miroirs qui font toutes choses plus belles:
Mes yeux, mes larges yeux aux clartés éternelles!