Omdat de titel is afgekapt, hier mijn volledige stelling:
Bij gekruist en omarmend rijm dienen de beide rijmparen zo veel mogelijk van elkaar te verschillen.
In Hanny's gedicht Hestia vinden we het volgende omarmend rijm: aard/behaagd/gevraagd/gaard
Dat leidde tot de volgende discussie:
Niels Blomberg schreef :
Omarmend rijm met aart en aagt bekt niet lekker; het lijkt te veel op elkaar. Dan heb ik het nog niet eens over het feit dat hele volksstammen aart uitspreken als aagt.
Hanny van Alphen schreef :
Wij spreken hier ABN Niels en ik kan gaard bijna niet uitspreken als gaagt. Hele volksstammen zullen dus naar de logopedist(e) moeten om zo'n woord wel goed uit te spgeken.
Bewuste keuze van mij om het rijm in de aa-klank te houden. Jammer dat het voor jou niet lekker bekt.
groet,
Hanny
Hierna ontstond een geanimeerde discussie over het (plat) Haags. En zelfs de opmerking:
Hanny van Alphen schreef :
Wat ik wel vervelend vind is dat het lijkt alsof ik me moet verdiepen in dialecten. Waarom?
Achteraf heb ik een beetje spijt van mijn tweede zin. Die was bedoeld als extra opmerking, maar werd in het vervolg van de discussie opgevat als hoofdreden.
Beter had ik kunnen zeggen dat aart/aagt lijkt op halfrijm, om precies te zijn assonantie.
Nog een voorbeeld van de "schijn van halfrijm":
Wandelend langs beemden
Zagen wij twee eenden
die – zoals wij meenden –
oogden als ontheemden
Maar los van halfrijm, spraakgebreken of dialect is en blijft mijn belangrijkste reden: het is gewoon niet mooi, het bekt niet.
De beide rijmparen horen gewoon haaks op elkaar te staan voor een optimale beleving van gekruist en omarmend rijm, dat klinkt gewoon beter.
Daarom de scherpe stelling:
Bij gekruist en omarmend rijm dienen de beide rijmparen zo veel mogelijk van elkaar te verschillen.
Concreet:
1) Verschillend geslacht, dus niet allebei mannelijk of vrouwelijk rijm
2) Verschillend klinker in de beklemtoonde lettergreep. Liefst ook geen bij elkaar horende lange en korte klinkers, dus aa en a
3) Verschillende uitgangen, die de schijn van halfrijm vermijden. Met "uitgang" bedoel ik alles achter de klinker. Bij mannelijk rijm zijn dat 0, 1 of meer medeklinkers. Bij vrouwelijk rijm komt daar nog een onbeklemtoonde lettergreep bij.
Met "schijn van halfrijm" bedoel ik datgene wat ik heb aangegeven in de voorbeelden.
Punt 3 wil ik ruim interpreteren, dus ook bij verschillende geslachten. Voorbeeld: bij beemd/ontheemd is eenden/meenden af te raden