Afbakvers 33

Voor afbakvers 33 heb ik als versvorm het kortjakje gekozen.
Het kortjakje telt negen regels, verdeeld over drie strofen van respectievelijk 4, 3 en 2 regels. Elke regel telt vier jambische versvoeten. Het afsluitende distichon dient een clou te bevatten. Het rijmschema is aaaa bbb cc. Mannelijk rijm in het hele gedicht heeft de voorkeur.

Een voorbeeld van een kortjakje:

Hondenliefde

Ik heb mijn trouwe troetelhond,
ooit zwart, maar nu verblindend blond,
verwend tot vijfentachtig pond.
Ze ruft en reutelt: niet gezond.

Ze is patiënt, probleemgeval,
slikt prednison en Finimal,
drie nieuwe heupen heeft ze al.

Ik doe niet moeilijk over geld,
ik heb haar traplift al besteld.

Het af te bakken vers:

Hondenhaat

Mijn lief is altijd op de zaak.
‘Ik ben onmisbaar,’ zegt ze vaak.
De uitlaatservice werd mijn taak:
bouviers, vijf stuks en niet mijn smaak.

.....
.....
.....

.....
.....

Kortjakjes kunnen ingezonden worden tot en met vrijdag 17 maart, maximaal twee per dichter.
Plezier en succes!

Hartelijke groet,
Wim

Hondenhaat

Mijn lief is altijd op de zaak.
‘Ik ben onmisbaar,’ zegt ze vaak.
De uitlaatservice werd mijn taak:
bouviers, vijf stuks en niet mijn smaak

De eerste twee zijn doof en blind
De derde is mij slechtgezind
En nummer vijf beet laatst een kind

De facto heb ik slechts plezier
Wanneer ik uitga met bouvier

Hondenhaat

Mijn lief is altijd op de zaak.
‘Ik ben onmisbaar,’ zegt ze vaak.
De uitlaatservice werd mijn taak:
bouviers, vijf stuks en niet mijn smaak.

Het is wat drummen in de goot
voor vijf bouviers met hoge nood:
’t gaat zelden zonder slag of stoot.

Ik laat ze dus voor goed fatsoen
nu één voor één een beurtdrol doen.

Hondenhaat

Mijn lief is altijd op de zaak.
‘Ik ben onmisbaar,’ zegt ze vaak.
De uitlaatservice werd mijn taak:
Bouviers, vijf stuks en niet mijn smaak.

Het klinkt een beetje cru misschien:
Ik vind ze niet om aan te zien
Die beesten stinken bovendien

Bevallig was slechts één Bouvier:
Dat was de vrouw van JFK

Hondenhaat

Mijn lief is altijd op de zaak.
‘Ik ben onmisbaar,’ zegt ze vaak.
De uitlaatservice werd mijn taak:
bouviers, vijf stuks en niet mijn smaak.

Ze stinken en ze zijn vilein
Zo erg zelfs dat ze op termijn
Vijf nagels aan mijn doodskist zijn

Het maakt dat ik door hondenhaat
Op google zoek: “bouviergebraad”

Ha Wim,

Heb ik ijverig een gedichtje gemaakt, zie ik dat het niet op vrouwelijk rijm mocht eindigen.
Maar ik zoek verder.

Groeten,
Riet

De hele jury heeft een voorkeur voor mannelijk rijm, Riet

Succes!
Wim

Lekker dier

Mijn lief is altijd op de zaak.
‘Ik ben onmisbaar,’ zegt ze vaak.
De uitlaatservice werd mijn taak:
bouviers, vijf stuks en niet mijn smaak.

Tot ik besefte: klaar ermee!
Ik heb ze toen van lieverlee
verhakseld in een pot hachee.

Mijn lief bejubelt haar patron
en eet met smaak boef bourguignon.

Hondenhaat

Mijn lief is altijd op de zaak.
‘Ik ben onmisbaar.’ zegt ze vaak.
De uitlaatservice werd mijn taak.
Bouviers, vijf stuks en niet mijn smaak,

bezorgen mij het heen en weer
als ik de uitlaat afmonteer
Ik bel mijn lief en geef een sneer:

‘De uitlaat is verlaat en dus
ga jij straks lekker met de bus.’

Hondenhaat

Mijn lief is altijd op de zaak.
‘Ik ben onmisbaar,’ zegt ze vaak.
De uitlaatservice werd mijn taak:
bouviers, vijf stuks en niet mijn smaak.

Die uitlaatdienst wel zeven keer
bij zonneschijn of hondenweer
verveelt me elke dag steeds meer.

Vanavond neem ik een besluit:
de vijf bouviers of ik eruit!

Hondenhaat

Mijn lief is altijd op de zaak.
‘Ik ben onmisbaar,’ zegt ze vaak.
De uitlaatservice werd mijn taak:
bouviers, vijf stuks en niet mijn smaak.

Het leidde steevast tot amok
Maar leeg is nu het hondenhok
Ik ben een creatieve kok

Bij thuiskomst schrikt mijn vrouw zich rot
Ze vindt haar honden in de pot

Hondenhaat

Mijn lief is altijd op de zaak.
‘Ik ben onmisbaar,’ zegt ze vaak.
De uitlaatservice werd mijn taak:
bouviers, vijf stuks en niet mijn smaak.

De grootste maakt me echt nerveus,
een lelijke, vileine reus.
Zijn naam is Brutus: omineus.

De bijklank van die naam verklaart
dat ik de Iden vrees van maart.

Mijn lief is altijd op de zaak.
‘Ik ben onmisbaar,’ zegt ze vaak.
De uitlaatservice werd mijn taak:
bouviers, vijf stuks en niet mijn smaak.

Terwijl ik wandel vol chagrijn
schiet een gedachte door mijn brein:
een waakhond kan best prettig zijn.

Dat is ook zo: zelfs mijn vriendin
komt na haar werk het huis niet in.

AF!

Mijn lief is altijd op de zaak.
‘Ik ben onmisbaar,’ zegt ze vaak.
De uitlaatservice werd mijn taak:
bouviers, vijf stuks en niet mijn smaak.

Daarnaast drie windhonden, een kees,
twee labradors, een pekinees
en nog een kleine portugees.

Dus eenmaal thuis ben ik gevloerd.
O ja, en dán wordt er gevoerd...

Hondenhaat

Mijn lief is altijd op de zaak.
‘Ik ben onmisbaar,’ zegt ze vaak.
De uitlaatservice werd mijn taak:
Bouviers, vijf stuks en niet mijn smaak.

In onze buurt zit weinig groen
Dus aan de lijn in een plantsoen
Laat ik ze hun behoefte doen

Zo schep ik dagelijks een zak
Met ruim een kilo hondenkak

Hondenhaat

Mijn lief is altijd op de zaak.
‘Ik ben onmisbaar,’ zegt ze vaak.
De uitlaatservice werd mijn taak:
Bouviers, vijf stuks en niet mijn smaak.

Hun kop, hun kwijl, hun blaf, hun geur,
dat alles brengt mij in mineur.
Ik zoek mijn heil bij een dompteur.

Dit is voor mij ultiem geluk:
vijf honden roerloos op een kruk.

Beste mededichters,

Vandaag is de laatste dag waarop jullie nog nieuwe vondsten kunnen posten!

De uitslag volgt (waarschijnlijk) a.s. zondag.

Hartelijke groet,
Wim

HONDENHAAT

Mijn lief is altijd op de zaak
“Ik ben onmisbaar “ zegt ze vaak.
“De uitlaatservice werd mijn taak :
bouviers, vijf stuks en niet mijn smaak “.

Al doet zij ‘t niet met hart en ziel
het hoort bij het bedrijfsprofiel
maar is en blijft een hondenstiel.

Bouviers, met vijven aan één lis *
gewis dit is geen kattenpis.

*.(lis = Vl dialect voor leiband !)

Mijn lief is altijd op de zaak.
‘Ik ben onmisbaar,’ zegt ze vaak.
De uitlaatservice werd mijn taak:
Bouviers, vijf stuks en niet mijn smaak.

Ik beet terdege van mij af
Totdat de roedel het begaf
Mijn liefste stond bij thuiskomst paf

Het hondenhaar stak uit mijn mond
Ik was weer de gebeten hond