De lompenjeansbedenker is een kei
Die miljonair kon worden met een gat
De koper van zo'n broek is gek of zat
En wie hem draagt waarschijnlijk allebei
Wat ooit werd afgedankt is nu de mode
't kan verkeren, wist reeds Brederode
De lucht scheen blinkend door de blaren
Ziedaar, bevangen door de waan
De strompelende karavaan
En ik? ik liep erachteraan
Ik wou het ook een keer ervaren
De lucht scheen blinkend door de blaren
Au! hoeveel meters nog te gaan?
Waarom in godsnaam meegedaan?
Ik telde pijnlijk de bezwaren
De lucht scheen blinkend door de blaren
Ik had geen voet meer om te staan
Men kon mij haast voor dood verklaren
Vasalis bracht mij tot bedaren
De lucht scheen blinkend door de blaren