De maandagmorgen start, de zon
logt lichtgeel in op het systeem
van god. Een spin deleet een mot
die zijn recente netwerk hackt
en zacht klinkt streaming audio
de oude background vogel-sound.
Reset ik mij naast bed. De slaap
is snel gewist: ik klik hem weg.
Mijn wizard scrolt zich op zijn buik,
hij droomt zich vast de grootste
host van uitgeslapen Nederland.
Een dummy brengt de kranten rond
en mieren browsen in een struik,
ze googelen naar groene luis
als ik mijn map met schrijfwerk pak:
ik dicht en hoop maar dat ik blijf
omdat ik nog met vulpen schrijf –