Aanschouw de dichter in zijn klamme bed
hij tikt het metrum even voor zich uit
en dan ontsnapt hem weer een zacht gefluit
als alles samenvalt in een sonnet.

De meest verheven beelden heeft hij net
met verve en met diepgang, naar verluidt
met pit en met wat peper aangekruid
zorgvuldig en met zorg op rijm gezet.

Doch plots voelt hij de kou tot op zijn bot
dit gaat niet goed, straks ligt hij hier verstijfd
en is het met de dichtersgeest gedaan

En vol van spijt roept hij O, goeie God!
alweer geen Hoge Kunst die hier beklijft:
dan maakt hij met zijn werk de kachel aan.

Log in

Gebruikersnaam en wachtwoord:

Zoeken

Forum Recent

Uit het archief

Lentekriebels

 
Van Gorter hebben zij nog nooit gehoord
Dus geen idee wat hij ooit heeft geschreven
Zij kijken slechts naar waar ze ongestoord
De liefde kunnen vieren, en het leven
 
Want wat begon met zomaar samen struinen
Gewoon een eindje lopen, hand in hand
Wordt zoeken naar een plekje in de duinen
Beschut en niet te zien vanaf het strand
 
Daar in die duinpan leven zij zich uit
Ze laten zich door niets of niemand storen
En doen geen poging hun geluid te smoren
 
Enfin, 't is niet bestemd voor kinderoren
Je kunt ze niet meer zien, maar nog wel horen
Een nieuwe lente, een bekend geluid