Foto: WikimediaCommons
Vakantie is de kunst van het vervelen,
van lekker in de schaduw met een boek,
niet drukdrukdruk, maar loze uren strelen,
alleen eruit voor kerken en kastelen,
voor strandvertier en horecabezoek.
Straks ga ik all inclusive naar Turkije;
dat is dit jaar de wens van het gezin.
Dat ik mij onbekommerd ga vermeien
en dat vakantievreugde gaat gedijen,
nee, daar geloof ik zelf ook niet zo in.
Wat moet ik in zo’n afgeladen kustoord?
Wat zou ik graag de schoonheid ervan zien!
Nu denk ik als men met gelal een fust scoort
voornamelijk aan geseling en lustmoord,
maar liever zing ik mee en drink voor tien.
Dit gedicht was goed voor de tiende plaats van de Willem Wilmink Dichtwedstrijd 2020